Kritische passages uit rapport Onderzoeksraad

© RTV Noord/NOS
We hebben een aantal passages uit het vernietigende rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid op een rij gezet.
Het volledige ontwerprapport te publiceren we niet, om onze bronnen te beschermen.

Ondergeschikt

'Het gasgebouw (NAM, EZ, EBN, Gasterra, Shell en Exxon Mobile), ingericht op de optimale opbrengsten en leveringszekerheid van gas, is een besloten en gesloten stelsel.'
'Het veiligheidsbelang van burgers heeft voor 2013 onvoldoende een plaats gekregen bij de besluitvorming over de gaswinning.'
'Tussen de eerste gevoelde aardbeving en de erkenning dat er een relatie bestaat met de gaswinning zit ruim zeven jaar. NAM, EZ, KNMI en SodM hadden eerder en intensiever onderzoek moeten doen naar de relatie tussen gaswinning en aardbevingen.'
'Betrokkenen in het gasgebouw zijn primair gericht op de winning en voor hen is veiligheid slechts een voorwaardelijk belang ten opzichte van maximale winst en opbrengst uit de winning van het Groninger gas, optimaal en strategisch gebruik van de Nederlandse bodemschatten en de continuïteit in de gasvoorziening.'
'De Onderzoeksraad concludeert dat tot begin 2013 de veiligheid van burgers vanwege het risico van geïnduceerde aardbevingen niet zijn meegewogen bij de besluitvorming over de Groninger gaswinning.'
'De partijen zagen tot begin 2013 het effect van de aardbevingen als beperkt; het was slechts een schaderisico dat vergoed kan worden. Veiligheidsrisico's voor burgers werden niet onderkend.'
'Op basis van het onderzoek concludeert de Raad dat de veiligheid van burgers voor wat betreft het risico van aardbevingen tot 2013 niet van invloed is geweest op de besluitvorming over de exploitatie van het Groningenveld.'

Dubbele pet

'In het huidige stelsel is EZ zowel onderdeel van de exploitatie als hoeder van alle in het geding zijnde belangen. Dit draagt eraan bij dat het veiligheidsbelang zwak is vertegenwoordigd.'
'Doordat andere ministeries en lokale overheden niet of nauwelijks betrokken zijn bij de besluitvorming over de gaswinning was er geen ruimte voor tegengeluiden.'
'Verder is het stelsel gesloten, zijn er te weinig tegenkrachten, ook niet vanuit de toezichthouder SODM, en er is een nadruk op consensus.'
De Raad vindt dat het ministerie van EZ, als hoeder van het veiligheidsbelang al in 1993 de regie had moeten nemen bij nader onderzoek en de reductie van onzekerheden over geïnduceerde bevingen. De toezichthouder SODM had hier ook al voor 2012 sterker op moeten aandringen.'
'Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) conformeert zich lange tijd aan de consensusbenadering die het gasgebouw eigen is. Hij maakt onderdeel uit van het systeem, waardoor hij zich lange tijd niet opstelt als de onafhankelijke kritische waakhond.'
'Het Ministerie van EZ ziet tot begin 2013 voor zichzelf geen actieve of initiërende rol ten aanzien van kennisontwikkeling. Het leunt voor kennis en het beoordelen van kennisontwikkeling op SodM, de TNO- Adviesgroep EZ, de TCCB en de Mijnraad.' Oneerlijk
'De communicatie naar de burgers van Groningen door de NAM, EZ, gemeente en provincie richt zich teveel op uitleggen van het beleid. Burgers hebben het gevoel dat zij niet serieus worden genomen en dat NAM het aardbevingsrisico bagatelliseert.'
'Het onevenredig verdelen van de gasopbrengsten over Nederland en de achterstelling daarvan voor Groningen heeft het gevoel van oneerlijke behandeling van de burgers van Groningen gevoed.

Onwetenschappelijk

'De Onderzoeksraad acht het aannemelijk dat het de experts, te typeren als een gevestigde orde, heeft ontbroken aan een open houding tegenover afwijkende opvattingen. Door de onderliggende veronderstelling af te doen als 'onzin' stellen zij de eigen aannames niet ter discussie.'
'Het beperkte aantal tegengeluiden vanuit de wetenschap en de maatschappij geeft de betrokken partijen geen aanleiding tot heroverweging van de eigen aannames. KNMI, NAM en EZ hadden een te weinig open houding ten opzichte van kritische tegengeluiden.'
'Deskundigen (KNMI, TNO) en belanghebbenden (mijnbouwondernemingen, SodM, EZ)) wisselen wel kennis uit en houden elkaar op de hoogte in bijeenkomsten van de werkgroep Aardbevingen en later het Technisch Platform Aardbevingen (TPA). Dit voldoet echter niet aan het criterium van onafhankelijk, wetenschappelijk en integraal onderzoek naar de mechanismen die de aardbevingen verklaren. Met name de modellering van de ondergrond en de registratie van de breukbewegingen in de diepe ondergrond komen tot 2013 niet op gang.'
'Het is opvallend dat de betrokken partijen de - wereldwijd gezien- unieke situatie in Groningen enerzijds gebruiken als verklaring voor het ontbreken van kennis en anderzijds niet doorvertalen naar een continu en diepgaand wetenschappelijk Nederlands onderzoeksprogramma. De unieke situatie van het Groningenveld had juist aanleiding moeten zijn tot diepgaand onderzoek.'
'In de periode 1993 tot 1998 zijn er kritische geluiden van het platform van onafhankelijke geologen, waar onder andere Van der Sluis deel van uit maakt. Deze leiden echter niet tot veranderingen bij de 'gevestigde orde'; NAM en KNMI nemen deze geologen niet serieus.'
'Veranderingen in het seismische gedrag van het Groningenveld vormen voor KNMI, NAM, EZ en SODM tot 2012 geen aanleiding tot het ter discussie stellen van de eigen aannames. Ook is er tot eind 2013 nog steeds geen onderzoek verricht in de diepe ondergrond dat meer begrip oplevert van de daar werkzame mechanismen.'