Door de mand: Kees Vlietstra over de stadiontest

In de week dat we in de familie de geboortedag van oma Jogie herdachten beoordeelde Voetbal International de Euroborg met een 5,46 in de nationale stadiontest. De verbindende factor in deze is dé gehaktbal.
Aan de ene kant maakte oma Jogie samen met opa Kees in hun tijd als uitbaters van de Waterloo Bar de lekkerste gehaktballen van Stad en Ommeland. En aan de andere kant kreeg FC Groningen van VI een vernietigende beoordeling over het stadion op basis van de kwaliteit van diezelfde gehaktbal. Wat is het geval?
Twee stadiontesters van VI hebben incognito FC Groningen-Vitesse (0-3) bezocht en op basis van die ene wedstrijd hun cijfer gebaseerd. En even voor de duidelijkheid, dat cijfer was niet voor het gedachtegoed en uitvoering van het spel van de FC want dan kwam Van de Looi nog zeer goed weg. Een 5,46 dus. Met een beetje creatief boekhouden is dat door Nijland cs naar de buitenwacht nog uit te leggen als een voldoende. 5,46 wordt namelijk afgerond een 5,5. En een 5,5 wordt weer naar boven afgerond naar een 6 en een 6 is nog altijd voldoende. Een krappe, maar een voldoende. Als je het overtuigend brengt, en dat kan Hans, kom je er nog mee weg ook. Het lukte mij in ieder geval bijna altijd naar mijn ouders om zo de wankelende rapportcijfers op de middelbare school te duiden. In het eindexamenjaar werd de school opeens heel principieel. Vond ik behoorlijk kinderachtig en kostte me een extra jaar.
Na dat extra examenjaar heb ik me in zes jaar door de ALO geworsteld. Als specialisatievak had ik sportmarketing op het diploma staan. Vanuit een stageperiode op de staantribune van het Oosterpark werd ik door VI gevraagd, toen Johan Derksen nog de baas was, om als 'stadiontester' voor dit blad te gaan werken. Dat heb ik met tussenpozen gedaana, als speciale oproepkracht. Niet voor één lullig wedstrijdje maar voor een langere periode om te infiltreren in de subgroepen van verschillende clubs om zo een genuanceerde beoordeling te kunnen geven. Zo heb ik lovend gerapporteerd over het Cambuurstadion. In de ruimte van de stadionspeaker mocht ik als achtergrondzanger live meezingen met Anneke Douma's 'T Woanskip. Met afstand het een na mooiste clublied.
Ook de Adelaarshorst was een persoonlijke favoriet. Het stadion van Kowet is sinds maart echter verboden terrein voor mij, nadat ik ben betrapt als de bekerpoeper. Het was als stadiontester voor mij meer een sociaal experiment. Hoe reageren hardcore fans op verstopte wc's. Ik poepte op de wc van het supportershome een beker vol en spoelde die dan door. In eerste instantie was ik verbaasd over de ophef die ontstond dat zo'n wc overstroomd door een bekertje poep. Ik miste de waardering. Het is namelijk nog een hele kunst om zo'n koffiebeker tot aan de rand toe vol te kakken zonder dat het onder je nagelriem gaat vastkoeken. Kort en goed, mijn sociaal experiment werd niet op prijs gesteld. Ook wel terecht achteraf. De Adelaarshorst blijft desondanks een mooi stadion.
Het Abe Lenstra stadion tenslotte. Dit was jarenlang het decor bij één specifieke wedstrijd, Sc Heerenveen-FC Groningen. Ik liet me dan via via uitnodigen om in de skybox van de wegenbouwers van Van der Wiel de wedstrijd te aanschouwen en van gekleurd commentaar te voorzien. Zo liet ik mijn afkeuring van het Friese volkslied voor aanvang van de wedstrijd altijd duidelijk merken. Dit werd door de Friese wegenbouwers altijd zeer op prijs gesteld. Wat een Gronings gekkie. Dat vergevingsgezinde kwam vooral omdat Heerenveen altijd won. In 2009 kwam er plots een eind aan de skybox bezoekjes nadat Nordstrand (wie kent hem nog?) FC Groningen naar een 1-0 overwinning schoot. Of het meespeelde dat mijn broer en ik daarna niet alleen het Gronings volkslied maar ook het volledige repertoire van nieuwbakken Ridders in de Orde van Oranje Nassau, Rooie Rinus en Pé Daalemmer, ten gehore brachten werd ons niet medegedeeld door de directie. We hadden dat misschien ook beter niet in blote bast op de bar dansend door de borden sushi moeten doen. Skybox verbod.
Maar goed, terug naar het laatste onderzoek van VI. Een 5,46 voor de Euroborg. Mijn ex-collega's waren vooral vernietigend over de catering. Ik citeer uit het juryrapport: 'Zo zit er bij het veel te dure broodje bal (vier euro) geen broodje. 'Doen we niet aan', zou de verkoper hebben gezegd. (...) We voelen ons verraden.'
Gehaktballen testen is mijn kernkwaliteit. Daarom mag ik hier beweren dat beide testers van VI een kapitale beginnersfout hebben gemaakt. Een broodje bal is bij voorbaat niks. En dat komt door het broodje. Het broodje, of het nou een goedkoop wit slof kadetje is of een luxe waldkornmeergranenpistolet, wordt namelijk door de jus van de bal een zompige natte krant. En je gehaktbal eten met een papier-maché laag leidt tot foutieve waarnemingen en een verbrand gehemelte waar het broodje aan vast is blijven koeken. En dus heeft de verkoper in de Euroborg met de uitspraak 'Broodje bij de bal? Doen we niet aan' het enige goede antwoord gegeven. Een broodje bal is niks. Het gaat om de gehaktbal.
Het is wat dat betreft net als die man die wekelijks bij cafetaria het Krûûspunt op Ameland een frikadel speciaal zonder ketchup, zonder mayonaise en zonder uitjes bestelde. Toen de eigenaar zei dat hij dan beter een gewone frikadel kon bestellen gaf de klant aan dat hij zo verzot was op dat gleufje in de frikadel. De stadiontesters van VI hebben de Euroborg al met al veel te laag ingeschaald.
In diezelfde cafetaria had ik gisteren een interessante discussie met de eigenaar. Jarenlang was Ameland shirtsponsor van de FC. Vond ik mooi. Hij niet. Hij is voor Heerenveen en vindt dat zijn belastinggeld niet naar een Groningse betaald voetbalclub moest stromen. Ik vond dat kortzichtig en besloot ter plekke dat mijn zuurverdiende geld voortaan niet naar een Friese cafetaria op Ameland gaat stromen. Maar ik had al besteld. Honger is sterker dan principes. Ik moest tijdens het wachten glimlachen toen mijn zoon kijkend op de kassabon zich afvroeg waarom de kassabon wist wat wij hadden besteld. In de caravan hebben we genoten van een broodje bal. Zonder brood.
Kees Vlietstra schrijft over de Groningse sport als liefhebber, kijker en korfbalcoach. Hij heeft momenteel Jong Oranje onder zijn hoede.