Niet alleen kommer en kwel voor ondernemers in bevingsgebied

De Hogestraat als winkelstraat in Loppersum
De Hogestraat als winkelstraat in Loppersum © Google Maps
Ondernemers in het aardbevingsgebied herkennen zich voor een deel in de conclusie van MKB Noord-voorman Jan-Willem Lobeek, die stelt dat de MKB in het gebied 'een vergeten groep' is.
Door Martijn Folkers

De zorg van onverkoopbare winkelpanden, het slechte imago van het gebied en angst voor de toekomst maakt het ondernemersklimaat voor MKB'ers niet ideaal. Harald Binnekamp, voorzitter van Bedrijvenvereniging Loppersum wil het geschetste beeld van Lobeek nuanceren. Volgens hem is de situatie voor een aantal ondernemers zorgwekkend.

Meerdere factoren

'Maar ik denk niet dat deze zorgen alleen aardbevingsgerelateerd zijn', zegt hij. 'Er spelen ook andere factoren mee, zoals krimp. Maar de bevingen zijn wel een extra complicerende factor.'
Ondernemer Geert-Jan Reinders, eigenaar van Aristo Relatiegeschenken in Loppersum, vindt dat Binnekamp het probleem onvoldoende benoemt. 'Ik herken me helemaal in het beeld van Lobeek', laat hij weten.

Flinke strop

'Ik hoor vaak dezelfde dingen als het om MKB'ers uit dit gebied gaat. Eigenaren kunnen hun winkelpanden niet verkopen en mensen lopen niet warm om bedrijven over te nemen. Dat is voor die winkeleigenaren een flinke strop, want vaak zit hun pensioen vaak in de waarde van die panden. En als die panden niet verkocht worden, moeten ze tot ver na hun pensioen blijven werken.'
Reinders erkent dat veel ondernemers ermee te maken hebben, maar denkt dat de situatie in het bevingsgebied wel een stuk lastiger is. 'Het is hier geen vijf voor twaalf meer, maar twaalf uur!', is hij duidelijk. 'En om dit probleem aan te pakken, is er voor ondernemers een opkoopregeling of schadefonds nodig, om die opgelopen schade te compenseren. Wanneer een winkelier zijn zaak te koop zet en na een jaar is de winkel alsnog niet verkocht, moet de NAM in mijn ogen de zaak opkopen. Zo geef je ondernemers in het gebied perspectief.'

Nieuwe impulsen

Volgens Reinders is dat perspectief voor MKB'ers nog lastig, al ziet Harald Binnekamp ook positieve dingen. 'Het is niet alleen kommer en kwel', wil hij benadrukken. 'In Loppersum krijgt het centrum ook veel nieuwe impulsen, met de komst van de Hubo en een cadeauwinkel. Natuurlijk is het onzeker voor enkele winkeliers, zij hebben inderdaad moeite om hun bedrijfspand te verkopen. Maar ondernemers buiten het bevingsgebied hebben hier ook mee te maken.'
Dat het negatieve imago het bevingsgebied in de weg staat, zoals Lobeek stelt, herkennen de Lopsters wel. Daar sluit directeur Cor Bouma van Ribo Beheer zich bij aan. 'Het imago van dit gebied staat wel flink onder druk', aldus Bouma. 'Dat zorgt voor een negatieve spiraal. Ik ben van mening dat Groningen door Den Haag bewust klein wordt gehouden. En dat werkt zeker niet mee voor de MKB'ers, die zware tijden tegemoet gaan.'

'Het is hier goed toeven'

Ook Frans Alting, directeur van Stichting Bedrijven Eemsdelta, herkent de gevolgen van de bevingen voor het imago van het gebied. Alting heeft weliswaar niet te maken met MKB'ers, maar merkt dat bedrijven in de industrie soms terughoudend zijn om zich in het Eemsdelta-gebied te vestigen.
'Bedrijven die serieus in onze regio willen investeren, vragen er wel naar hoe het zit', vertelt Alting. 'Ze willen weten wat de risico's van de bevingen zijn. Wij kunnen dan helder uitleggen wat er precies aan de hand is. Daarbij vertellen we ook dat het hier goed toeven is, en dat ondernmers hier prima kunnen investeren.'
Alting snapt de oproep van Lobeek om de MKB'ers niet te vergeten, maar hij wil niet alleen negativiteit prediken. 'Ik ben eerlijk gezegd wel een beetje klaar met dit verhaal', is hij stellig. 'Dit gebied is een prima plek om te investeren je als ondernemer te vestigen. We moeten het onheil ook niet teveel over onszelf afroepen.'