'Mijn hart was het aan het begeven'

Ziekenhuizen en huisartsen in Groningen en Drenthe gaan samenwerken om hartfalen eerder op te kunnen sporen.
Bij hartfalen pompt het hart niet genoeg bloed rond. Dit kan uiteindelijk leiden tot bijvoorbeeld een hartstilstand.

Lastige diagnose

Het verraderlijke aan de ziekte is dat het leidt tot vage klachten zoals vermoeidheid, kortademigheid en onrustig slapen. Daardoor constateren huisartsen niet altijd dat er sprake is van hartfalen. Mensen lopen er soms ongemerkt jaren mee door.

Laat naar de huisarts

Fokko Oldenhuis uit Enumatil is zo'n patient. Hij zat in 2013 op de fiets naar Lauwersoog toen hij ineens niet meer kon. Zijn collega's duwden hem voort, waardoor ze de boot naar Schiermonnikkoog alsnog haalden. Pas bij terugkeer van Schier besloot Oldenhuis naar de huisarts te gaan. Zijn pompfunctie bleek toen nog maar zeventien procent te bedragen, terwijl dertig procent al riskant is.

Dezelfde protocollen

Oldenhuis leeft inmiddels met een pacemaker en kan alles nog. Maar als hij niet naar de dokter was gegaan, had hij hoogstwaarschijnlijk een hartstilstand gekregen. Volgens cardioloog Rudolf de Boer kunnen dit soort situaties voorkomen worden door betere samenwerking. 'Vooral huisartsen krijgen een belangrijke rol.' Zij gaan een lijst met symptomen langs die kunnen wijzen op hartfalen. Als de patiënt daar positief op scoort, krijgt hij een bloedtest die duidelijkheid geeft. In het ziekenhuis kan hij dan verder worden geholpen.
Ziekenhuizen in Groningen en Drenthe werken voortaan met dezelfde protocollen voor hartfalen. Artsen kunnen elke twee weken de ernstigste gevallen bespreken in een videovergadering.