Gerechtshof honoreert WOZ-bezwaren aardbevingsgebied

Archief: een actie-advertentie
Archief: een actie-advertentie © Suzanne Stoppels/RTV Noord
Bij het vaststellen van de WOZ-waarde moet meer rekening gehouden worden met waardevermindering door aardbevingen. Dat blijkt uit een vonnis van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
Drie inwoners van de gemeente Eemsmond hadden bezwaar gemaakt tegen hun WOZ-beschikkingen. Die zijn gebaseerd op de peildatum 1 januari 2012. Volgens de bezwaarmakers wordt daarbij voorbij gegaan aan de zwaarste aardbeving tot nu toe: die bij Huizinge in augustus 2013.

Geen sprake van

Van de peildatum kan bij het vaststellen van de WOZ-waarde van woningen alleen worden afgeweken als zich later bijzondere omstandigheden voordoen. De rechtbank bepaalde eerder dat daar in deze gevallen geen sprake van is.
Wel werd in dat vonnis een afwaardering toegepast van tien procent, omdat in 2012 ook al het een en ander bekend was over de bodemgesteldheid in Groningen. De betrokkenen gingen hier tegen in hoger beroep.

Wel waardevermindering

Ze krijgen nu grotendeels gelijk van het Gerechtshof. Volgens het vonnis is door de zware aardbeving bij Huizinge wel degelijk de staat van de woningen gewijzigd. 'En moet rekening worden gehouden met waardevermindering door de aardbeving', wordt geconcludeerd.
Het Gerechtshof schat in dat twee huizen met schade hierdoor 10.000 euro minder waard zijn geworden. Verder wordt er nog vijf procent van de waarde afgehaald in verband met imagoschade. Ook mag zogenoemde 'rompslompschade' worden afgetrokken van de vastgestelde waarde. Dat is vastgesteld op 2500 euro.
In één geval gaat het om een huis zonder schade. Daar is volgens het Gerechtshof geen geen reden tot aftrek van waardevermindering.