Column: Bonney

© RTV Noord
'Ik ben Bonney'. Een blozende man, kort grijs haar, open gezicht, steekt z'n hand uit. 'Bonney van het liedje, je weet wel'.
Het is gezellig, na afloop van het Bosklopper Gala in Veendam. Iedereen is het er over eens dat 'Trilploat' van rapduo Wat Aans de terechte winnaar is van de juryprijs voor de beste Groningstalige single van 2016.
Wat Aans, dat zijn Teun en Rik. Met identieke petten en t-shirts. Zoals het hoort bij rappers staan er twee mooie dames aan hun zijde, in jaloersmakende avondjurken. 'Speciaal gekocht voor deze avond?' vraag ik de vrouw van Teun. Nee, het is de feestjurk van haar trouwdag, een paar jaar geleden. 'Niet m'n echte trouwjurk hoor, ik ben 's avonds van jurk gewisseld.' 'Ga je vaak mee naar optredens?' 'Dat is lastig, we hebben drie kleintjes maar vanavond past m'n schoonmoeder op'.
Ik ontmoet de jongens van Wat Aans voor het eerst op de Groninger Dorpendag in 2011, in het Fivelcollege in Appingedam. Ze zijn de lunch-act. 'Weinig potentiële groupies bij deze #gddag' twittert Rik.
Rik en Teun winnen bij het Bosklopper Gala ook de publieksprijs, die ze delen met Erwin de Vries en 'Lözze grond'. Als Erwin 'Lözze grond' zingt krijg ik kippenvel en 'Trilploat' is origineel en grappig. Maar toch heb ik gestemd op een ander liedje: 'Bonney', van Jan Henk de Groot.
'Bonney' gaat over een bioloog die in de jaren '70 een boerderijtje kraakt in Westerdiepsterdallen en er nooit meer weg gaat. 'Leven van vuur, wotter wind. Leven van daans en meziek en doar woar hai 't geluk in vindt'. Ik word er zó vrolijk van.
En daar staat Bonney dus ineens in levende lijve voor me in de foyer van Theater Van Berenstein. Hij biedt me een drankje aan, neemt zelf fris; Bonney is de Bob vanavond. We hebben een leuk gesprek. 'Eigenlijk heet ik Bonifatius', zegt hij met z'n Friese tongval, 'waar komt jouw naam vandaan?'
Ik ben ook vernoemd naar een heilige. En er is nog een overeenkomst; over mij is ook een liedje gemaakt. 'Spaigel van het Noorden', van Alex Vissering, in 1999. Ik voelde me er toen nogal ongemakkelijk bij en heb het niet op waarde geschat. Terwijl het natuurlijk een eer is.
Dus alsnog: Dank je wel Alex!
En nu ik toch bezig ben: hulde voor Bert Hadders, bedenker van het Bosklopper Gala. Volgend jaar weer.
Cunera van Selm