Deze dag: Veendam in zwaar weer

© Bewerking RTV Noord
Het is een litteken op de geelzwarte ziel van duizenden Oost-Groninger voetbalfans, de ondergang van Veendam. Meer dan vier jaar geleden is dat alweer. Toch vonden twee op de drie Veendammers tien jaar daarvoor al, dat de gemeente geen geld meer in de club moest steken. Het blijkt uit een enquête in de krant op deze dag in de geschiedenis, 20 september 2003.
Twee op de drie ondervraagde Veendammers onderschrijven die dag de stelling van het Dagblad van het Noorden dat 'de gemeente Veendam geen geld meer in de betaald voetbalclub moet steken'. Er dreigt een faillissement. Voorzitter Leegwater is even daarvoor opgestapt, een paar dagen later moet directeur Johan Tukker het veld ruimen.
De chaos is compleet aan de Langeleegte, een jaar nadat boegbeeld Henk Nienhuis afscheid heeft genomen als directeur van de club. Opvolger Tukker slaagt er niet in sponsoren aan zich te binden, terwijl 'Henk overal gewoon binnenliep'. Zegt Ko Boddema, oud-wethouder van Menterwolde, die daarnaast 28 seizoenen aan de Langeleegte werkte als administrateur. In 2003 was hij er zeker van dat 'dit niet het einde van de club zou zijn.' Hij had 't erger meegemaakt, in '84-'85 kregen de spelers nog maar dertig procent van het salaris uitgekeerd. En was de schuld bij de bank bijna anderhalf miljoen gulden.
Ruim een jaar later promoveert Veendam naar de eredivisie. Met dank aan Renze de Vries, de suikeroom en voorzitter van FC Groningen. Die haalt topspelers naar FC Groningen, waardoor prima krachten als Hiddink, Steenge en Keukens overbodig worden en om niet naar de Langeleegte verkassen. Veendam overleeft een crisis en is kort daarop top. Dat scenario staat Boddema in 2003 ook voor ogen. Hij krijgt gelijk, als de gemeente de crisis bezweert door stadion de Langeleegte te kopen voor drie en een half miljoen euro.
Toch gaat het de jaren daarna mis. 'Omdat ze de kolder in de kop kregen en luchtkastelen gingen bouwen', zegt Arnoud Bodde, die voor RTV Noord in samenwerking met het Dagblad op zoek ging naar de oorzaken van de ondergang. Bodde denkt dat de club nog zou hebben bestaan als er niet steeds bestuursleden waren geweest die dachten dat de bomen tot in de hemel groeiden: 'Het moest steeds gekker en gekker'. Boddema beaamt dat: 'Het grote geld zou komen, maar het waren allemaal sprookjesverhalen.'
Veendam zou er nog zijn, als er bescheidener was begroot, is hun conclusie. Er zouden dan nog altijd twee betaald voetbalclubs in onze provincie zijn. Was daar dan ruimte voor? 'Ja', antwoordde destijds 58 procent van de Veendammers. Want die vraag is ook gesteld in dat onderzoek, waarvan de resultaten zijn geopenbaard op deze dag in de geschiedenis, 20 september 2003.
Pieter de Hart is redacteur bij RTV Noord en historicus. Elke woensdag schrijft hij over 'deze dag' in het verleden van Groningen.