Paling en stekelbaars profiteren van maatregelen waterschappen

De paling, de driedoornige stekelbaars, de rivierprik en de spiering hebben baat bij de maatregelen die zijn genomen om hun leefgebieden in onze provincie uit te breiden en te verbeteren. Dat blijkt uit tellingen van de waterschappen Hunze en Aa's en Noorderzijlvest.
In de afgelopen vijf jaar hebben beide waterschappen de leef- en paaigebieden van deze vissoorten aangepakt. Dat gebeurde onder meer door bij de zeesluizen vis van zout naar zoet water door te laten. Verderop in de binnenwateren werden vispassages aangelegd, stuwen visvriendelijk gemaakt en werden beken en diepjes opnieuw gemeanderd.

Ruim baan voor vissen

Het project droeg de naam 'Ruim baan voor vissen'. Naast de beide Groningse waterschappen waren Wetterskip Fryslân en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier in Noord Holland bij het project betrokken. Doel van het project was vooral om de barrières die vissen tegenkomen tussen de zee en binnenwater te slechten.

'Sluisdeuren tien minuten op een kier'

Dat gebeurde onder meer bij de Duurswoldsluizen in Farmsum. Bestuurder Tjip Douwstra van Hunze en Aa's: 'Als het water op zee even hoog staat als in het binnenwater, dan zetten we de sluisdeuren tien minuten op een kier. Vissen hebben dan even de tijd om heen en weer te zwemmen.'
Langs de hele noordelijke kust en in Noord Holland sluizen en gemalen zijn dergelijke maatrgelen genomen.

'We gaan door'

Ook Noorderzijlvest heeft op vier plekken langs de kust maatregelen genomen. Dat gebeurde onder meer bij de Cleveringsluizen in Lauwersoog, het gemaal bij Noordpolderzijl en bij de zeesluizen in Delfzijl. Bestuurder Carla Alma: 'Ruim baan voor vissen is nu afgesloten, maar dat betekent niet dat we nu klaar zijn. We gaan door om beken en diepjes visvriendelijk te maken.'
Voor Ruim baan voor vissen was elf miljoen euro uitgetrokken. Een deel daarvan is betaald door het Waddenfonds. Het eindrapport is hier te lezen.