Piet van Dijken schrijft boek over 40 jaar (over)leven met angst: 'Het zal je altijd blijven achtervolgen'

Piet van Dijken met zijn boek en auto
Piet van Dijken met zijn boek en auto © Ene Sjors
Wie in Groningen kent hem niet? De man met de modieuze markante bril en kekke schoenen. Je vindt hem leuk. Of niet. Piet is Piet. En dat zal bij Piet van Dijken altijd zo blijven.
Hij was de brutale, gekscherende, soms verontwaardigde man van de Straat op Radio Noord. De man van en in Stad met zijn typische ‘Ik stel hier de vragen’ of ‘Uw tijd is om’.
Maar dat niet alleen. Meer dan zeshonderd keer presenteerde hij de Herestraat Helemaal voor OOG TV, hij schreef honderden columns voor krant en digitale media, maakte tientallen vlogs, stond op podia voor duizenden mensen en stapte voor TV Noord in een dure limousine.

Aanstellerij

De microfoon, de camera en de spotlight zijn Piets beste vrienden. En nog steeds. Bijna wekelijks zien we hem aan tafel zitten bij TV Noord. Soms giechelend, soms bozig maar altijd zichzelf en zelfverzekerd. Althans, zo lijkt het.
Piet in zijn Big City
Piet in zijn Big City © Eigen foto
Want wat blijkt: achter die zelfverzekerde markante mediaman schuilt een mens vol angst en vrees. Een bangig mens dat daardoor al tientallen jaren worstelt met zichzelf, worstelt om het leven in goede banen te leiden, worstelt om zijn geluk te vinden.
Dat zijn dingen waar een mens - en zeker een Groninger - meestal niet over praat. Dingen waarvoor je je schaamt. Die je voor jezelf houdt of hoogstens in heel kleine kring bespreekt. Omdat het heel makkelijk wordt afgedaan als aanstellerij.

Herestraat is rode draad

Op 73-jarige leeftijd legt Piet zijn ziel bloot in het boek ‘Hé jongen, daar ben je weer. Over-leven met angsten’, dat woensdag 30 november verschijnt. Daardoor leren we een heel andere Piet kennen.
Angst voor rijden op de snelweg, angst voor het gaan naar recepties, voor vliegen, voor varen, voor liften, voor de dood en merkwaardig genoeg ook voor het wandelen door zijn geliefde Herestraat.
De Herestraat is misschien wel de rode draad in zijn leven. Want de angst begon daar, eind jaren zeventig, in discotheek Cachet.
Piet als diskjockey in de jaren 70
Piet als diskjockey in de jaren 70 © Eigen foto
‘Ik was tien jaar diskjockey geweest in de stad. In clubs als de Jolly Joker, Blow Up, C’est ca, Deja Vu. Ik was er eigenlijk al mee gestopt, toen ik werd gevraagd om nog een keertje te draaien. Om Cachet een beetje op gang te helpen’, herinnert Piet zich.
Ik kreeg echt dat gevoel van: Piet jonge, dit is niet goed. Ik dacht: ik heb iets aan mijn hart, ik ga dood
Piet van Dijken
‘Ik stond op een nacht te draaien. Het was een uurtje of twee, drie in een hele volle zaal. Toen kreeg ik ineens dat gevoel. Ik kreeg het benauwd. Ik begon te zweten, kreeg een droge mond. Mijn hart ging met me op de loop. Ik kreeg echt dat gevoel van: Piet jonge, dit is niet goed. Ik dacht: ik heb iets aan mijn hart, ik ga dood.’
Dat bleek mee te vallen. Piet bleek last te hebben van hyperventilatie. Huisarts Ubbink dacht dat iets haperde in de geest van Piet en stuurde hem naar de psycholoog Theo Musch. 32 keer zat hij op de stoel bij Musch.

Waar het allemaal vandaan komt

‘Bij de laatste sessie, ik had de kop weer door de halster, zei Musch: 'Creatieve types als jij Piet zullen er nooit meer echt vanaf komen. Het zal je altijd blijven achtervolgen.' Daar heb ik altijd tegen moeten vechten.’
Jarenlang was een ritje in de auto buiten de stad een ruzie met zichzelf, ging hij niet op bezoek bij een van zijn beste vrienden omdat hij dan in een lift moest stappen, weigerde hij een vliegreis naar Stockholm als cadeau en ging hij uitsluitend naar het theater als hij bij het gangpad mocht zitten.
Piet zelf weet, ook dankzij psycholoog Musch, waar het allemaal vandaan komt: zijn overbezorgde ouders. ‘Vooral mijn vader; die was veel te bezorgd. Ik was enig kind. Om een voorbeeld te noemen: ik voetbalde in de jeugd bij GVAV. We gingen met de bus naar Berlijn, maar ik mocht niet mee van mijn vader.’

Twee oxazepam

Zijn vader plukte hem middenin de nacht in pyjama bij feestjes in de stad weg. Hij was toen al twintig. Maar niet alleen zijn vader was zo. ‘Ik was een keer bij een concert van Harry Muskee, Cuby and The Blizzards (Piet noemt ze steevast Blitsers). Werd er ineens omgeroepen: wil Piet van Dijken zich melden bij de uitgang. Stond mijn moeder daar. Dan ga je toch door de grond.’
Ik haalde een leeg flesje water uit de prullenbak
Piet van Dijken
In al die jaren met angst had Piet een reddingsboei, een ding waar hij zich immer aan vast kon klampen, dat hem de rust gaf om toch de dingen te doen die hij wilde doen. Dat was en is nog steeds een flesje water. In zijn broekzak bewaart hij een doosje met twee paracetamolletjes en twee oxazepam (slaap- en kalmeringsmiddel).
Daar kan hij nog wel zonder, maar zonder het flesje water slaat de paniek toe. ‘Ik fietste laatst door de stad en kwam erachter dat ik mijn flesje water was vergeten. Ik was helemaal van de leg. Op de Anthony Deusinglaan ging ik stiekem een tandartspraktijk binnen, sloop naar de kantine en haalde uit de prullenbak een leeg flesje water. Dat heb ik toen gevuld. Zo kon ik weer rustig over straat.’

Matthijs van Nieuwkerk

In Piets boek leren we ook wat angsten zijn. Wat je er aan kunt doen. Eigenlijk wat je er niet aan moet doen. Altijd een blij mens zijn bestaat namelijk niet. ‘Je moet goed voelen en je niet altijd goed willen voelen. Je moet er niet altijd tegen willen vechten. Accepteren dat ze er zijn.’
1,5 miljoen mensen in Nederland schijnen last te hebben van angsten. In het boek komt een heel scala aan bekende Nederlanders en Groningers voorbij die er ook mee kampen. Van René van der Gijp tot Diep Triest-zanger Theo Driessen. Van Özcan Akyol (Eus) tot Matthijs van Nieuwkerk.
De laatste, inmiddels de meest besproken en misschien wel meest gehate man van Nederland, durft geen brug over te lopen en geen tunnel in te rijden. Piet bewondert hem in zijn boek, omdat hij ondanks zijn angsten zo’n dijk van een programma als De wereld Draait Door neer heeft gezet.

Kwajongen

Inmiddels weten wij wat Piet toen nog niet wist, wat er nog meer schuil ging achter Van Nieuwkerk: een tiran achter de programmaschermen. En misschien was dat wel uit angst geboren.
Piet tijdens De Straat
Piet tijdens De Straat © RTV Noord
‘Hé jongen, daar ben je weer’ heet het boek en dat is niet zomaar. ‘Die titel heb ik zelf bedacht. Ik had eerst kwajongen. Die ben ik zelf natuurlijk. Die gaat ook niet weg. Ja, als ik dood ben. Jongen is dat onbehaaglijke, onbestemde gevoel. Ik had het laatst nog in de Oosterstraat. Ik was op weg naar een afspraak met Jacques (d’ Ancona -red.). Ik voelde het komen en dacht; Hé jongen, daar ben je weer. Maar… meteen er achteraan: Godzijdank ga je ook weer weg...’

Prinsenhof

‘Hé jongen daar ben je weer. Over-leven met angsten’ wordt uitgegeven door Koninklijk Van Gorcum en is vanaf woensdag in de boekhandel verkrijgbaar. De presentatie is woensdagmiddag in het Prinsenhof in Stad.
Piet was dinsdagavond te gast bij Noord Vandaag:
Piet van Dijken schreef boek over zijn angsten