Vroag&Antwoord: plozzeg en verwanten

© Reinder Smith
Waarnemend streektaalfunctionaris Siemon Reker doet een langlopend onderzoek naar het huidige Gronings. Het publiek kan woorden aandragen waar aandacht aan zou moeten worden geschonken. Plotzig is het woord waar iemand aandacht voor vraagt. De inzender vertaalt het als 'pafferig'.
Ter Laan omschrijft het in het Nieuw Groninger woordenboek eigenlijk net zo nl. 'opgezet van gezicht' onder drie woorden die hetzelfde zijn:
plos
,
plotseg
en
plozzeg
. Een kijkje in de voorganger van Ter Laan, Molema, levert een nieuwe variant op (
plórzig
) maar ook een nieuw aspect van de betekenis. In algemene zin omschrijft Molema
plódzig
als "opgeblazen, opgezet in het gezicht; vol, rond, vet uitziende, door veel drinken of uit andere oorzaken".
Op Molema komen we terug - vandaag wilde ik proberen een lappendeken in elkaar te zetten van plotzig-achtige woorden die onderling op de een of andere manier met elkaar te maken hebben, omdat ze op elkaar lijken of omdat hun betekenis verwant is. We beginnen dus bij het woord dat de inzender van Vroag&Antwoord instuurde, plotzig. De inzender vertaalt het dus als 'pafferig'. Dat zal met puffen te maken hebben, blazen van ongezonde dikte of vermoeidheid.
Opgeblazenheid, dikte heeft met een aantal woorden te maken die kleur geven aan een taal als het Gronings net als plotseg. Neem blas en blast waarvan Ter Laan schrijft: "Blas hebben = aan de wind wezen = aan trommelzucht lijden (van koeien of schapen). Etst tie ja n blas! = je eet veel te veel." Dat soort woorden brengt ons dicht in de buurt van dat paffen en puffen. En het bijvoeglijk naamwoord blazzeg? "1. opgezet, dik van gezicht; 2. wat opgezet maakt. Boeskool is blazzeg eten." Blazzeg heeft daarnaast ook een figuurlijker betekenis - denk aan een opgeblazen kikker, iemand die bluft, praatjes verkoopt, verwaand is.
Plotseg en blazzeg lijken dus om een aantal redenen wel erg nauwe familie van elkaar, ze klinken verwant en hun onderlinge relatie lijkt iets van bloazen te zijn.
Gaan we even weerom naar onze schoolmeester uit Warffum, Helmer Molema. Onder een ander woord dat in feite hetzelfde betekent, dienerg, schrijft hij van dat woord: "= opgezet, gezwollen, wat opdiend of opdonnen is (....); 'n dienerg gezicht hebben = dienerg om 't gezicht wezen, zegt men wanneer de wangen opgezet zijn; is die toestand van duur, dan noemt men het plódzig, plórzig; ook: 'n dienerge lucht, d. i. met dampen vervuld, donker en naar regen staande. Van: dienen; zie ald."
Molema maakt dus onderscheid tussen de ene vorm van opgezwollen zijn van bijvoorbeeld een gezicht, namelijk blijvend (dan noemt hij het plódzig) of van voorbijgaande aard, en dan is het dus dienerg. Ik denk dat dit woord niet erg gangbaar meer is, want wie zegt er nu nog: As n iem joe stekt, dient joe ‘t gezicht. Hetzelfde kan uitgedrukt zijn via n dieneg of n oetgedonnen gezicht.
Maar dienen mag op de verdwijntoer zijn, als ditzelfde dienen te maken heeft met het bekende woord dat dronkenschap uitdrukt, doen, dan heeft het werkwoord als het ware een erg bekend kind nagelaten. Doen, tijdelijk opgeblazen door een al te royale mate van drankgebruik. Daarmee is tegelijkertijd antwoord gegeven aan een andere invuller, die wijst op dat doen 'dronken' en erbij schrijft: "bij navraag kon geen enkele Groninger mij vertellen wat de historie van dit woord is".
Er is minstens nog één ander groepje woorden waar we vandaag even bij moeten stil staan en die iets met 'rijzen' te maken hebben, dat is niet minder een vorm van opgeblazen raken. We eten bijvoorbeeld bolletjes (bol) of een Zuidlaarder bol, Friezen eten bôle 'brood (wit of bruin)' en een boltsje 'krentenbol'. Minder gewoon is bij ons het woord plas of plaas voor een bepaald soort brood, maar ook dat is gerezen: in plas zie je hetzelfde rijzen als een vorm van op-blazen aanwezig.
Ho, ho: niet te lang doorgaan, straks krijg ik een scheldwoord naar m'n hoofd geslingerd, doe plaas, plaze 'jij vervelende prater'. Dat is ongetwijfeld hetzelfde woord, maar dan figuurlijk, net zoals blas en blazzeg ook onaangename figuurlijke betekenissen kende.
Verdwijnen nu dit soort woorden, zoals plozzeg, blazzeg en opgedonnen? Dat is een beetje lastig te meten, maar het is wel waarschijnlijk. Kunnen we daar uit concluderen dat het Gronings veel eigen woorden verliest? Het zou ook kunnen zijn, dat we tegenwoordig minder opgeblazen gezichten om ons heen tegenkomen dan vroeger.... Ik legde dat voor aan een medicus en die schreef zonder dat consult in rekening te brengen terug: "het is wel zo dat mensen voor sommige aandoeningen beter behandeld worden en er niet mee doorlopen." Maar daar staat wel de andere logische observatie tegenover: "We laten sterk overgewicht even buiten beschouwing, want dat komt nu natuurlijk juist veel meer voor."