1 jaar oorlog: ook na het ‘rampjaar’ blijft Kees Huizinga boeren in Oekraïne

Kees Huizinga
Kees Huizinga © eigen foto
Een jaar oorlog en Kees Huizinga en zijn boerenbedrijf in Oekraïne staan nog fier overeind. Al is de emotionele schade groot, de materiële gevolgen zijn te overzien.
De oorlog gaat zijn tweede jaar in en Huizinga staat aan de vooravond van het zaaien van de gewassen. Ondanks alle onzekerheid toont hij zich vastberaden. ‘Één bom en het kan allemaal voorbij zijn’, realiseert hij zich ook. ’Maar wat schiet ik ermee op als ik aan die onzekerheid toegeef en ga zitten wachten?’
Liever denkt hij voorzichtig vooruit aan de wederopbouw van het gehavende land en aan het uitbannen van de nog altijd welig tierende corruptie. En daarna zal het land volgens Huizinga de blik definitief richting West-Europa wenden. Een beweging waar geen ontkomen aan is wat hem betreft, ook omdat het een hartgrondige wens is van vooral de jonge generatie.
Zeker, ook Huizinga zit er wel eens doorheen, maar hij zegt gewoon geen zin te hebben in opgeven. ‘Natuurlijk raakt de barbaarsheid van de Russen je emotioneel. Denk aan al die gedode mensen en aan al die kinderen die niet naar school kunnen. Voor mij betekent het dat je niet mag opgeven. Doe je dat, dan zet je de deur in heel Oekraïne open voor die barbaarsheid. We hebben geen keus.’
Je moet op de een of andere manier toch verder
Kees Huizinga
Wanneer we Huizinga spreken is hij op de terugweg vanuit Duitsland naar Emmen. Hij heeft er een aantal fabrikanten van landbouwmachines bezocht. Waaronder Kalverkamp bij Osnabrück, bedenker van de indrukwekkende Nexat, een soort supercombine die in één keer een veertien meter brede strook land kan zaaien, maaien of oogsten.
Het apparaat is getest op Huizinga’s land en hij overweegt er een te kopen. Want natuurlijk wil hij investeren, zegt Huizinga. Zijn toekomst ligt in Oekraïne, Russen voor de deur of niet. ‘Je moet op de een of andere manier toch verder’, stelt hij nuchter vast.

Grijs, grauw en verlaten

Volgende week, in de voorjaarsvakantie, gaan Kees, zijn vrouw Emmeke en hun twee dochters naar Oekraïne, dat ze als hun thuisland zien. Kees pendelt geregeld heen en weer, Emmeke verblijft meer in Emmen, waar hun beide dochters naar de middelbare school gaan.
Eind maart begint voor Kees na de stille winterperiode het echte boerenleven weer op de boerderij zo’n twee uur rijden ten zuiden van de hoofdstad Kyiv. Het is er nu grijs, grauw en nat en het land ligt er verlaten bij. ‘Vanwege alle ellende is het natuurlijk gewoon een rampjaar geweest’, zegt de in Hellum geboren Huizinga. ‘Maar financieel gezien is er voor ons bedrijf niet zo veel aan de hand. Het bedrijf is stabiel.’
Buiten het oorlogsgebied in Oekraïne gaat het leven en het boeren zo goed en zo kwaad als het kan door. Veel wordt er niet verdiend en de prijzen voor kunstmest en diesel zijn torenhoog, maar beide zijn nog wel verkrijgbaar. ‘We kunnen gewoon verder en iedereen blijft aan het werk. Dat is ook goed voor de medewerkers, het geeft hen stabiliteit.’

Gered door de melk en de groente

Goed beschouwd viel afgelopen jaar bedrijfsmatig eigenlijk nog mee. ‘De akkerbouw was niet goed, vooral door het weer trouwens. En de prijzen waren slecht. Op graan, mais en olie hebben we niks verdiend, maar de melk en de groente hebben ons gered.’
‘De melkveehouderij ging eigenlijk best goed, de fabriek heeft telkens alle melk netjes afgehaald. En de prijzen waren redelijk. De groenteteelt heeft het zelfs hartstikke goed gedaan, met een normale opbrengst maar met hoge prijzen.’
De echte pijn zit voor Huizinga en alle Oekraïners niet in wat misgelopen verdiensten. Emotioneel is de schade ontelbare keren groter. Veertig van zijn driehonderd medewerkers zitten aan het front. Twee ervan zijn omgekomen, één is krijgsgevangen. Van de lokale boeren van wie Huizinga land pacht zijn er ook drie omgekomen.
De littekens zijn diep en het zal generaties duren voordat ze geheeld zijn
Kees Huizinga
’Dat komt hard aan. Wat de Russen doen is natuurlijk onvoorstelbaar', zegt Huizinga. 'Het gaat aan niemand in Oekraïne voorbij, iedereen heeft vrienden, kennissen of familie die in de oorlog omgekomen zijn. Hoe groot de geestelijke schade is, dat is nauwelijks denkbaar. De littekens zijn diep en het zal generaties duren voordat ze geheeld zijn.’

Knalhard verslaan

Raketten zijn in het voorbije jaar niet geland op zijn uitgestrekte akkers. Anders dan zijn collega-agrariërs in de Donbas of bij Cherson zit Huizinga ver genoeg van het front. ‘Een vreselijk groot geluk’, vindt Huizinga.
‘Ik ken genoeg boeren die daar bij de frontlijn, of erger, in bezet gebied zitten. Waar die allemaal doorheen gaan, daar kan ik me ook nauwelijks een voorstelling van maken. Het is ongelooflijk moeilijk het leven daar vol te houden. Vergeleken met hen hebben wij niks te klagen.’
In zijn jaarlijkse grote toespraak die Poetin dinsdag voor het Russische parlement hield, haalde hij opnieuw hard uit naar het Westen, dat hij als veroorzaker van de oorlog aanwijst. ‘Alles wat uit Rusland komt is propaganda’, zegt Huizinga erover.
‘Een dialoog met een dictator is onmogelijk. Het enige dat helpt is de Russen knalhard verslaan op het slagveld. Wanneer die Russen vandaag ophouden met schieten, dan is het afgelopen. Maar zolang ze doorgaan, dan gaat het door. Dat gelul van Poetin, ik kan er helemaal niks mee.’