Justitie eist voorwaardelijke gevangenisstraf voor verwaarlozen kinderen

Tegen een stel (41 en 51 jaar) uit Groningen eist het Openbaar Ministerie (OM) een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden met een proeftijd van drie jaar, omdat ze hun drie kinderen ernstig verwaarloosd zouden hebben.
De zaak kwam eind 2021 aan het rollen, toen iemand van de basisschool van de drie kinderen aan de bel trok bij Veilig Thuis. De kinderen liepen met rotte tanden, stonken, ze droegen kleding die niet paste en ze gingen zonder ontbijt naar school. Daar vertelden ze dat ze geen eigen bed hadden en dat ze voor ontbijt een glas sinas of water kregen. Pogingen om met de ouders in contact te komen, strandden.
Vervuilde woning
Veilig Thuis schakelde de politie in. Toen agenten de woning binnenkwamen troffen ze een chaotische, beschadigde en vervuilde woning aan. Het sanitair was lang niet gereinigd, de keuken was een bende, overal lagen lege sinasflessen, er zaten zwarte vlekken in de lakens en de matrassen. Het bovenste deel van een hoogslaper bleek een kooi die van buiten op slot kon.
Bedreigd in ontwikkeling
De kinderen werden onmiddellijk ondergebracht bij een pleeggezin. De Raad van de Kinderbescherming stelde vast dat de kinderen in hun ontwikkeling werden bedreigd.
De moeder gaf bij de politie meteen aan dat ze hulp wilde. De vader had bij de politie en bij de rechter donderdagmiddag in de rechtbank voor alles wel een verklaring. De slechte gebitten van de kinderen kwamen doordat ze vaak fruit aten voor het poetsen. 'Dat heb ik later pas gehoord: dan poets je het glazuur weg.' Dat de kinderen zorg werd onthouden, wijst hij van de hand: 'Bij elk pijntje gingen we naar de huisarts.'
De geur waardoor klasgenoten niet met de kinderen om wilden gaan, lag aan de hond: 'Onze hond was ziek en stonk. Ze knuffelden de hond voordat ze naar school gingen.'
Lijst aan excuses
De puinhoop in de woning lag aan de gemeente: 'Ik was bezig met een grote verbouwing. Ik kon geen container krijgen via de gemeente. We hadden geen geld voor een container om het puin af te voeren.' Dat hij de deur niet opendeed toen bezorgde hulpverleners aanbelden, lag aan zijn rug: 'Ik heb het aan mijn rug, ik kon mijn broek niet aankrijgen, dus ik liep in mijn onderbroek. Dan is het niet gek dat ik ze niet binnenlaat.'
De kinderen verklaarden dat hun vader vaak boos was. Dat verklaart hij als volgt: 'Op het moment dat ik mijn stem verhef, dan wil dat niet zeggen dat ik boos ben. Kinderen ervaren dat zo.' En over de kooi die van buitenaf dicht kon vertelde hij: 'Daar borg ik het gereedschap op. Ik wilde niet dat de kinderen erbij konden.'
Vastbesloten
De moeder is vastbesloten om niet opnieuw in de situatie van eind 2021 terecht te komen. 'Het afpakken van mijn kinderen is een hel geweest. Ik wou dat ik eerder hulp had gezocht.'
De strafzaak tegen beide ouders is bijzonder. De meeste zorgmeldingen waar kinderen bij betrokken zijn, worden civiel afgehandeld, legt de officier van justitie uit. 'Ingrijpen was nodig om de situatie te stoppen', aldus de officier van justitie. 'Het was niet gericht tegen de ouders, maar was een beschermingsmaatregel. Het strafrecht werd ingezet om de deur open te krijgen toen de deur werd dichtgeslagen.'
Toch eist het OM daarbovenop een voorwaardelijke straf bij wijze van normhandhaving. 'Het is ook een bekrachtiging van de belangen van de kinderen. Dat ze zien dat wat er is gebeurd niet goed is geweest.'
Gezinscoach
De kinderen werden eind 2021 een half jaar uit huis geplaatst en bij pleegouders ondergebracht. Ze verbleven vervolgens drie maanden in een gezinshuis. Eind augustus kwamen de kinderen weer thuis. Elke week komt de gezinscoach op verzoek van de ouders langs. Er komen veel vriendjes en vriendinnetjes over de vloer.