Cel- en werkstraf geëist tegen oud-eigenaar (55) buurtsuper Winsum

De broodafdeling van een supermarkt (niet de supermarkt van het bericht)
De broodafdeling van een supermarkt (niet de supermarkt van het bericht) © ANP
Voor het aanranden van twee minderjarige medewerkers in zijn buurtsuper in Winsum is tegen een 55-jarige man uit Het Hogeland een werkstraf van 240 uur geëist. Daarnaast zou hij een voorwaardelijke celstraf van acht maanden opgelegd moeten krijgen, net als een verplichte behandeling.
‘Ik heb jullie eer geschonden, ik heb het vertrouwen dat jullie in mij hadden grof misbruikt, ik heb niet alleen jullie beschadigd, maar ook mijn gezin’, sprak de oud-ondernemer zijn slotwoorden in de rechtszaal.
Tegen de voormalige supermarkteigenaar liggen twee aangiftes van jonge vrouwen. Ze beschuldigen de man van aanranding tussen 2018 en begin 2022.

Net uit zicht van de camera's

De aangeefsters hebben als tieners gewerkt in de buurtsuper, waar de verdachte als eigenaar de scepter zwaaide. Telkens als ze even alleen met de man en buiten het bereik van camera’s waren, werden ze betast en geknepen in hun billen en kruis. 'Hij ging geniepig te werk', verklaarde één van de aangeefsters bij de politie.
Hij was toch mijn baas, hij betaalde mijn loon
Slachtoffer
De meisjes, 16 en 17 jaar oud, durfden niets te zeggen. ‘Hij was toch mijn baas, hij betaalde mijn loon’, zegt één van hen dinsdagmiddag in de rechtszaal, als ze gebruikmaakt van haar spreekrecht. Ze probeert bij de rechters, officier van justitie en verdachte de impact van de zaak te laten doordringen.
Cel- en werkstraf voor supermarkteigenaar
In 2018, toen ze als 15-jarige begon als werknemer, beviel het werk haar wel. 'Het was er gezellig, altijd een praatje met iedereen, een dorpsgevoel.'

Begonnen bij de broodafdeling

Haar positieve gevoel verdween toen ze nietsvermoedend op de broodafdeling werd betast door de eigenaar. Per ongeluk, denkt ze eerst nog: 'Het is daar klein en krap.' Maar omdat het vaker gebeurt, begint het onprettig te worden.
'Ik heb uiteindelijk met knikkende knieën gezegd dat ik dat niet wil', vervolgt ze. Even is het rustig, maar later bewijst de eigenaar opnieuw zijn handen niet thuis te kunnen houden. Het stoort haar dat er geen excuus over de lippen van haar baas komt. Ook niet de keren daarna, als zij aangeeft dat hij moet stoppen.
Ze neemt ontslag, maar stapt augustus vorig jaar naar de politie, als ze hoort dat de man nog steeds aan meisjes zit.
Het is voor mij te laat en ongeloofwaardig
Slachtoffer
Tijdens een speciaal belegde bijeenkomst hoort ze haar oud-werkgever zeggen dat hij 'dingen heeft gedaan die niet door de beugel konden'. Volgens haar is dat een understatement. 'Hij gaf aan dat hij een dozijn meisjes had aangeraakt en maakte weer geen excuses. En nu op zitting, is het voor mij te laat en ongeloofwaardig’, zegt ze onvermurwbaar.

Vrouw van de eigenaar: 'We moeten door'

Tijdens de bijeenkomst is besloten dat de eigenaar niet meer met minderjarige meisjes de werkvloer betreedt. Zijn vrouw zou als mede-eigenaar die avond hebben gezegd: 'We moeten door.'
De aangeefster denkt daar anders over: 'Een winkel mag nooit belangrijker zijn dan het wel en wee van een minderjarige werkneemster.'

Pleidooi voor behandeling

Volgens de officier van justitie heeft de man een langere periode meerdere meisjes aangerand. Hieruit zijn twee aangiftes gerold en twee meldingen van meisjes die geen aangifte willen doen.
De aanklaagster vindt dat de man alleen aan zijn eigen behoeftebevrediging gedacht. De kans op herhaling is groot zonder een gedegen behandeling, stelde ze vast. Ze eiste een proeftijd van vijf jaar waarin de behandeling kan plaatsvinden.

Advocaat en OM op één lijn

Advocaat van de oud-supermarktbeheerder, Maartje Schaap, kon zich vinden in dat voorstel. De verdachte toont volgens haar inzicht en heeft inmiddels op eigen initiatief al gesprekken gehad bij een forensische kliniek.
De rechtbank doet 26 september uitspraak.