RWE krijgt toch compensatie voor afschalen Eemshavencentrale: 332 miljoen

De kolencentrale in de Eemshaven
De kolencentrale in de Eemshaven © Jos Schuurman/FPS
Het kabinet is van plan energiebedrijf RWE 331,8 miljoen euro aan compensatie te betalen, omdat het bedrijf zijn kolencentrale in de Eemshaven minder moest laten draaien.
Het gaat om 'een fors bedrag', erkent energieminister Rob Jetten, maar volgens Europese regels is hij wel verplicht dit te betalen.

Klimaatdoelen halen

Om aan de klimaatdoelen uit het Urgendavonnis te voldoen, verplichtte het kabinet kolencentrales hun elektriciteitsproductie te beperken. Daardoor mocht RWE tussen 20 januari 2020 en 20 juni 2022 slechts 35 procent van de normale jaarproductie aan elektriciteit produceren met kolen. Toen Nederland in een gascrisis belandde door de oorlog in Oekraïne werd die beperking geschrapt.
Dat het bedrag voor RWE hoog uitvalt, heeft te maken met ‘de hoge prijzen die worden gehanteerd bij de berekening’ van de compensatie.
Het totale bedrag dat het kabinet van plan is te betalen bestaat voor 318,3 miljoen euro uit compensatie en voor 13,5 miljoen euro uit rentevergoeding.

Minder CO2 uitgestoot

Jetten benadrukt dat het verminderen van de productie ook leidde tot minder CO2-uitstoot. RWE had meer geld gevraagd, maar ging er daarbij nog vanuit dat de beperking nog heel 2022 zou duren. Dat bleek niet het geval.
Het bedrijf kan ook nog in bezwaar of beroep gaan tegen het besluit van het kabinet. Het is volgens een woordvoerder van het energiebedrijf nog niet duidelijk of dat ook gebeurt.

Compensatie voor vervroegde sluiting?

Ondertussen loopt er nog een hoger beroep van RWE vanwege het verplicht stoppen met het stoken van kolen in 2030. Dat is eerder dan gepland. De rechtbank in Den Haag bepaalde vorig jaar november dat RWE voor de vervroegde sluiting geen compensatie hoeft te ontvangen van het rijk. Tegen dat besluit is RWE in hoger beroep gegaan. Het is nog niet bekend wanneer de uitspraak volgt.