Moeder schrijft boek over verlies van haar zoon: ‘Ik ben dichter bij mezelf gekomen’

Op zondagochtend 1 oktober 2017 staan twee agenten op de stoep bij Joke Roelfsema. ‘Ik liep naar de voordeur en zag dat fluorescerend geel van de politie. Alle alarmbellen gingen bij me af: dit is niet goed, dit is niet goed. En de agent zei heel rustig: 'U hebt gelijk, dit is niet goed.’
Haar zoon Michiel is dood gevonden onderaan het Herewegviaduct in de stad.
Zes jaar na zijn overlijden presenteert Joke Roelfsema haar boek ‘Wat is er gebeurd? Verlies, rouw en een zoektocht naar zingeving’.
Klopt het wel?
‘Dit boek wilde ik schrijven omdat ik dit boek heel erg gemist heb zelf. Na het verlies van Michiel was ik op zoek naar herkenning, bevestiging, klopt het wat ik allemaal meemaak? Dat het pijnlijk is voor je lichaam, voor je geest, voor je sociaal welzijn, alles. Daar had ik heel erg behoefte aan. Ik dacht: dit wil ik beschrijven. Tegelijkertijd is het ook natuurlijk een eerbetoon aan Michiel.’

Grote tranen
Ze omschrijft in haar boek wat ze meemaakt na zijn dood. Die zondag moet ze mee naar het mortuarium om Michiel te identificeren. ‘Ik zie het al. Ik zie zijn bekende gezicht. Alle stiekeme hoop is vervlogen. Hij is het echt, mijn Michiel.(...) Tranen beginnen te lopen, grote tranen over mijn wangen. Daar sta ik met mijn handen op mijn rug naar mijn dode zoon te kijken. Ik mag hem niet aanraken en doe het ook niet. Waarom houd ik me verdomme toch altijd zo keurig aan de regels?’

Witte tent
Ze rijdt naar haar moeder om het te vertellen. Die blijkt de foto’s van de witte tent al in het nieuws te hebben gezien, zonder te weten dat haar kleinzoon daar ligt. Roelfsema doet alles wat ze moet doen, als in een roes. Op dag twee zegt haar lichaam stop. ‘Ik was helemaal verstijfd. Van binnen, alles kwam eruit, echt letterlijk. Het leek alsof ik niet kon bewegen.’
Ook in de jaren die volgen leert Roelfsema dat rouw zich niet laat voorspellen. ’Ik kon in de auto stappen en naar mijn werk rijden. Dan kwam ik één jongen op de fiets tegen op weg naar school, die op hem leek, blond, spijkerbroek. Dan begonnen de tranen en dan dacht ik, jeetje, wat mis ik hem.’

Twee peddels
Tegelijkertijd merkt ze dat ze wel kopje onder gaat, maar niet verdrinkt. ‘Het leven gaat door. Ik stond ook op, ik dronk ook koffie en ik ging ook wel eten. Dat is de ene kant. En aan de andere kant waren er die intense pijn, huilbuien, het boos zijn, het niet kunnen begrijpen. Maar het was nooit alleen maar één ding. Je hebt altijd twee peddels nodig om te roeien, anders kun je sowieso niet vooruit komen. Dan ga je rondjes draaien.’
Moeder schrijft boek over verlies van haar zoon
Na de dood van haar zoon stopt Roelfsema met haar baan als manager in de zorg. Ze opent een praktijk in rouwcoaching en helpt anderen die verlies meemaken. ‘Het boek gaat dus ook heel erg over veerkracht en zingeving. Wat doe ik nu met alles wat ik meegemaakt heb? Daar zin aan geven, dat heeft geresulteerd in waar ik nu sta, in wat ik nu doe en in hoe ik me nu voel.’
Wat is er gebeurd?
Hoe Michiel is doodgegaan zal nooit helemaal duidelijk worden. ‘Hij had met een paar vrienden geregeld dat ze spacecake wilden bakken. Op zijn computer stond ook van alles wat je daarvoor moet doen en ook: geen alcohol, geen vette maaltijden. Dat is zoals ze het gedaan hebben, alleen denken wij dat hij toch te veel van de cake heeft gehad. Bij iedereen is die cake niet goed gevallen en zijn mensen niet lekker geworden. Michiel wilde naar huis, is weggegaan maar niet thuisgekomen. Dus ja, dat is wat we weten. In ieder geval is er wel bij mij een soort rust dat er geen ruzie is geweest.'

‘Meer dan het ongeluk
‘Het boek heet 'Wat is er gebeurd?' omdat ik dit de meest lastige vraag vind. Wat is er gebeurd? Die vraag heb ik ook heel lang vermeden. Want wat moet ik vertellen? Ik weet het niet. Er zijn zoveel aannames: het zal wel alcohol zijn. Mijn kind wordt daar dan op aangekeken terwijl hij zich niet kan verdedigen. Wat men van mij vindt, vind ik niet erg. Maar voor hem, hij is zoveel meer dan alleen het ongeluk.'
‘Dichter bij mezelf’
Het boek verschijnt op de geboortedag van Michiel: 22 september. Elk jaar komt Joke op die dag samen met zijn vrienden. Zij versieren ook iedere sterfdag van Michiel het Herewegviaduct met bloemen. Daar is Joke nooit bij, dat is een te beladen plek geworden. Wel gaat het goed met haar. ‘Hoe heftig dit ook is, ik ben ontzettend verdrietig en ik mis hem elke dag. En tegelijkertijd ben ik dichter bij mezelf gekomen. Ik zorg beter voor mezelf. Ik ben ook verrast, na zes jaar, hoe gelukkig ik weer ben geworden.’