Hoger beroep Groningse HIV-affaire moet over

GRONINGEN - De Hoge Raad heeft dinsdag bepaald dat de zaak tegen de twee verdachten van de Groningse HIV-affaire opnieuw moet worden behandeld.
Het hoogste rechtscollege vindt dat het niet uitgesloten is dat de slachtoffers in die zaak hun hiv-besmetting door onveilige seks hebben opgelopen in plaats van door injecties met besmet bloed.
Twee mannen zijn in 2010 veroordeeld voor het besmetten van slachtoffers door ze te injecteren.
In de Groninger hiv-zaak zijn de twee hoofdverdachten, Peter M. en Hans J., veroordeeld tot respectievelijk 12 en 9 jaar gevangenisstraf. Ze kregen deze straffen omdat ze in de periode 2005-2007 tijdens seksfeesten in Groningen andere mannen zouden hebben besmet het het hiv-virus, dat aids kan veroorzaken. Vier mannen raakten daadwerkelijk besmet met het virus, volgens het Gerechtshof in Leeuwarden doordat ze geïnfecteerd bloed ingespoten kregen.
De Hoge Raad vindt dat het hier gaat om een uitzonderlijk geval. Volgens de Hoge Raad is het onzeker of het gedrag van de verdachten de hiv-besmetting van de
slachtoffers heeft veroorzaakt. Volgens de raad moet beter worden onderzocht of het bij ieder van de vier slachtoffers ,,hoogst onwaarschijnlijk'' is dat ze door onbeschermde seks aan het virus zijn gekomen.
Het gerechtshof in Arnhem moet de zaak overdoen.