Negeert KNMI bewust bepaalde meetmethodes?

Het KNMI houdt bewust bepaalde meetmethodes voor aardbevingen in Groningen buiten de deur. Dat verwijt komt van de werkgroep 'Onafhankelijk Meten'.
Het meteorologisch instituut is het aantal meetstations in het aardbevingsgebied fors aan het uitbreiden. Volgens de werkgroep wordt daarbij een te beperkt aantal meetmethodes toegepast.

'Geen belang bij'

Daarmee trekt het KNMI partij, vindt Hilda Groeneveld van de werkgroep. 'Het KNMI heeft er blijkbaar geen belang bij dat alle gegevens op tafel komen. Bij de toepassing van aanvullende methodes wordt de relatie tussen aardbevingen en schade aan panden en ook dijken te duidelijk. Dat mag zeker niet bekend worden.'

Tiltsensoren

Een van die methodes is het aanbrengen van zogenoemde tiltsensoren in huizen en gebouwen. Daarmee kan via versnellingsmeters het verschuiven van muren tijdens een aardbeving worden vastgesteld. Het levert meer informatie over de relatie tussen aardbevingen en schade. De methode wordt wereldwijd in aardbevingsgebieden toegepast.
Twintig jaar geleden pleitte het Onafhankelijk Geologen Platform al voor het toepassen van deze methode in het aardbevingsgebied. Ook de werkgroep Onafhankelijk Meten zegt dit onderwerp al meerdere keren tevergeefs bij het KNMI onder de aandacht te hebben gebracht.

Geen reactie

Het KNMI wil niet reageren. Een woordvoerder verwijst terug naar de werkgroep. 'Als daar wordt beweerd dat er met ons is gesproken, zal de werkgroep het antwoord wel hebben op de vraag waarom deze methode door ons niet wordt toegepast,' kaatst de woordvoerder de bal terug.
De werkgroep Onafhankelijk Meten bestaat uit inwoners van het aardbevingsgebied en deskundigen op het gebied van meetmethodes. Woensdagavond wordt in Middelstum een informatiebijeenkomst gehouden over de meetmethodes die van belang kunnen zijn voor het aardbevingsgebied in Groningen.