Je huis opgekocht door de NAM. En dan? Erik is dakloos

'Het is één bak ellende. En dat is nog lang niet voorbij', verzucht Erik Mensen, terwijl hij met lede ogen moet aanzien hoe de slopershamer gehakt maakt van zijn voormalige huis in Stedum. En alsof dat niet genoeg is: hij is al twee maanden dakloos.
Zestien jaar geleden strijkt Erik neer op het Hogeland en koopt een huis in Stedum. 'Ik zocht het geluk, de rust en de ruimte. En dat heb ik hier gevonden. Totdat alle ellende losbarstte.'
Zijn verhaal begint in 2013. Hij meldt dan voor het eerst schade bij de NAM. Na de forse aardbeving bij Leermens een jaar later wordt het allemaal nog erger en begint de grote ellende.

Verbeten strijd

Hij voert een verbeten strijd om erkenning van de schade. Dat levert hem uiteindelijk wel twee nieuwe schoorstenen op en de woning wordt voorzien van stutten.
Aan het eind van 2014 komt er schot in de zaak. Een expert meldt na het zoveelste onderzoek dat de woning onveilig is. Mensen krijgt het advies de feestdagen 'bij familie en vrienden door te brengen.'
In het nieuwe jaar volgt nog nauwelijks actie. In maart bevestigt ARUP namens de NAM wat de bewoner al wist: de woning is onveilig. Begin april moet hij de woning onmiddellijk verlaten en komt hij in een hotel in de stad Groningen terecht.

Lang en moeizaam

De NAM wil tot sloop overgaan. De onderhandelingen duren lang en zijn moeizaam. Stukken raken zoek. De huiseigenaar wil nieuwbouw op dezelfde plek. Volgens de tegenpartij is dat niet haalbaar.
Mensen leeft vanaf dan in een hotelkamer, een tijdelijke huurwoning en weer in een hotel. Zijn spullen worden door een verhuisbedrijf opgeslagen en worden daar niet zachtzinnig behandeld, blijkt later.
Moegestreden na onderhandeling nummer zoveel tekent de Stedumer in november vorig jaar een vaststellingovereenkomst. Drie maanden later wordt de acte pas gepasseerd en wordt de NAM eigenaar van het huis. Mensen krijgt 70.000 euro voor de woning. Na afbetaling van de hypotheek blijft er nog duizend euro over.

Murw gebeukt

'Ik heb voor de aardbevingen de woning nog laten taxeren: toen lag de waarde 34.000 euro hoger. Ik heb nog via een advocaat geprobeerd om meer geld voor de woning te krijgen, maar dat mocht niet baten. Ik was zo murw gebeukt, dat ik uiteindelijk maar heb getekend.'
Vanaf dat moment worden zijn hotelkosten niet vergoed. Daar komt nog bij Mensen door alle gedoe zijn éénmansbedrijfje in de ICT-branch moet opgeven. Het gevolg: geen inkomen, zonder adres geen recht op een uitkering en ook nog eens onderaan de lijst voor een goedkope huurwoning.

Crisisopvang

'Geen urgentie, werd er notabene gezegd. Ik stond dus gewoon op straat. En zo ben ik als dakloze in de crisisopvang terecht gekomen. Daar zit ik door de week 's avonds en 's nachts en het weekend vangen vrienden me op. Overdag zwerf ik door de stad. De meeste tijd breng ik op een bankje door in het Noorderplantsoen. Soms geloof ik het zelf niet, maar het is toch echt zo.'
Contacten met een fiks aantal instanties mogen niet baten. De onafhankelijk raadsman, de commissie Bijzondere Situaties, de gemeente Loppersum, de NAM en de Nationaal Coördinator Groningen; alle instanties bemoeien zich er mee. 'Ze verwijzen naar elkaar en ik kom geen steek verder. Ik word nog steeds aan mijn lot overgelaten.'
Deze week is extra zwaar. Hij kijkt toe als de slopershamers korte metten maakt met zijn voormalige stulpje. 'Heel heftig. Zo triest. Ik ben op. Ik kan niet meer,' zegt een geëmotioneerde Erik Mensen, terwijl hij toekijkt hoe de slopershamer rap toeslaat.

Verklaring NAM

De NAM reageert als volgt in een verklaring: 'Wij zijn er van bewust dat dit soort complexe schadedossiers te lang duren en een grote weerslag hebben op de bewoner. Dat betreuren wij zeer. Complexe schadeossiers kenmerken zich doordat er veel meer speelt dan schade door aardbevingen. NAM is niet altijd de daarvoor aansprakelijke of verantwoordelijke partij.'
Mensen heeft inmiddels zijn belevenissen uitvoerig beschreven op zijn eigen website: www.gasschande.nl
Ook daar reageert de NAM op: 'Wij nemen nadrukkelijk afstand van het geschetste beeld van de werkwijze van NAM-medewerkers en betrokken aannemers.'