Italiaanse fooi voor Café Booij

In Café Booij, op de hoek van de Meenteweg en de Hoofdweg in Schildwolde gaven we Jan Booij altijd 2 gulden als we een biertje van 1,75 hadden besteld. Altijd. Ook al was 'ie de hele avond stokchagrijnig. En dat was 'ie vaak.
Fooi geven. Het is iets Nederlands. Maar ik denk zelfs nog meer: het is iets Gronings. Nait grienderig wezen. Elkaar waarderen. Alles samen delen. In Italië doen ze dat ook, dat delen. Maar dan heel anders. Hier krijg je namelijk soms fooi. Krijg! Als klant! Van de barman of restauranthouder. En de reden ervoor is natuurlijk weer heel Italiaans.
Vriend Marco en zijn vriendin Lisa hadden ons uitgenodigd voor een lunch in een restaurantje aan zee. In de schaduw op de rotsen genoten we van de zon, de zeelucht, de vis en de wijn. Toen na een uurtje tafelen de rekening kwam (82 euro) deed Marco vier briefjes van twintig in het mapje, stond op, nam lachend en omhelzend afscheid van het echtpaar van het restaurant, en liep de zaak uit.
Verward bleef ik achter. Alleen aan tafel. Met te weinig geld in het rekeningmapje. Ik pakte mijn portemonnee en zocht koortsachtig naar wat muntstukken of een vijfje om die tachtig euro aan te vullen en wat fooi te geven. Zoals bie Booij. Maar altijd als je die krengen nodig hebt, heb je ze niet bij de hand. Ik had alleen een briefje van vijftig. En Marco zou betalen. Mijn briefje bij zijn 80 euro doen en om wisselgeld vragen leek me daarom ook zo raar.
Roberto stond inmiddels al buiten, druk pratend met Marco en Lisa. Ik probeerde met mijn armen zijn aandacht te trekken maar met mijn slungelige gezwaai trok ik alleen de aandacht van een verbaasd kijkend stelletje, een tafeltje verderop. Er zat niets anders op dan naar de eigenaresse bij de kassa te lopen en te wisselen voor fooi. Verbaasd keek ze me aan. 'Welke fooi?', vroeg ze met haar gezicht vol twijfels. Ik probeerde in zo goed mogelijk Italiaans uit te leggen dat we in Groningen, 'il nord dei Paesi Bassi', gewend zijn een fooi te geven. Uit gewoonte, omdat we de barman kennen, ja waarom eigenlijk niet. Ik vertelde over Café Booij. En dat ik haar daarom fooi wilde geven maar dat ik geen muntjes en briefjes van vijf bij me had.
Terwijl ik dat blozend en hakkelend allemaal stond uit te leggen werden haar ogen steeds groter. 'Kom!' zei ze en liep naar de kassa. Ze sloeg op wat toetsen waarna de kassa met een klap en een pingel (of hoe heet zo'n geluid) openzwiepte, trok er een briefje van vijf uit en drukte die in mijn hand. 'Grazie', zei ze er met zwoele stem knipogend achteraan.
Eenmaal buiten keek Marco naar het vijfje in mijn hand. 'Wat is hier gebeurd!?' vroeg hij wijzend op het briefje. Ik legde uit dat ik zijn geld met 2 euro wilde aanvullen om de rekening te kunnen betalen, en dat ik 5 euro fooi wilde geven, maar dat de dame van het restaurant me verkeerd had begrepen. Marco en Lisa keken elkaar kort aan en barstten in lachen uit. 'Iedereen rondt hier bedragen naar beneden af!' riep Marco vrolijk. 'Je krijgt hier als klant ook fooi, als je vaste klant bent of als ze te lui zijn om alles exact uit te rekenen.' Daarna kwam hij heel dicht bij me staan, en fluisterde samenzweerderig in mijn oor 'maar vooral als ze geen ingewikkeld gedoe met officiële BTW-bonnetjes willen'.
Ongemakkelijk liep ik het restaurant weer in om het vijfje terug te geven. De eigenaresse weigerde resoluut het geld. 'Bewaar maar', zei ze, 'voor jullie café Booij'. Ik wilde nog zeggen dat Booij al jaren dicht is, maar ze had zich al omgedraaid. 'Tijd voor de boekhouding!' riep ze zangerig, en liep lachend de keuken in.
Marc Wiers
Marc is altied onderwegens tussen Genua (Italië), Straatsburg (Frankrijk) en Groningen. Wat hij onderweg tegenkomt vertelt hij hier elke maandag. Volg Marc op Twitter