Column: De Groningse ezel die naar Italië liep

Het moet begin december zijn geweest toen Lisa op vermoeide hoefjes haar nieuwe hok binnenstapte. Het was een lange tocht geweest. Een tocht die verdrietig begon.
Na een hartverscheurend afscheid van haar mensenvrouwtje, boerin Geerta in Bellingwolde, was Lisa op een herfstdag zomaar door mensenmannen met zwepen afgevoerd naar de Zuidlaardermarkt (of eigenlijk was het de Noordlaardermarkt in die tijd). De ezelin heeft er vanaf de dageraad stilletjes staan huilen. Geen paard dat ze kende. Geen mens die naar haar keek.
Treurig staarde Lisa naar de grond. Ze had het koud. Ze mijmerde over haar stalletje in Bellingwolde. Het groene weiland. De ganzenfamilie die ze als haar eigen familie zag. De koeien verderop. Het lekkere hooi. Lisa zuchtte. Waarom was ze bij Geerta weggehaald? Opeens werd ze uit haar dagdroom gewekt door een warme hand op haar rug. Voorzichtig keek ze op. Een mensenman in een bruin kleed met een vriendelijke blik keek haar keurend aan. Lisa verzette een pootje, en begon zachtjes met haar staartje te zwaaien. 'Vieni con me?*' zei de mensenman met zachte stem in een vreemde mensentaal. Lisa begreep niks van mensentalen, maar het klonk uitnodigend.
De mensenman gaf iets van metaal aan een andere mensenman, en klopte Lisa op de buik. Zachtjes legde hij een wollen warmtekleed over haar rug en trok haar aan het touw mee het dorp uit. Buiten het dorp hing hij een grote plunjezak over het beest. Het bleek het begin van een lange, lange wandeltocht.
Af en toe hees haar nieuwe mensenman zichzelf op haar rug, soms liep hij op zijn eigen poten (of benen, zoals mensen zeggen). Regelmatig maakte hij een fluitend geluid, soms was hij uren stil. Maar hij was vooral lief voor Lisa. Ze doorkruisten samen heidevelden, heuvellandschappen en uitgestrekte vlaktes. Ze stopten voor water, gras en rust. 's Nachts zochten ze een verlaten burenschuur op, of een leegstaand hok.
Na weken van wandelen zag Lisa voor het eerst in haar leven de machtige Alpen. Ze strekte haar ezelinnennek zo ver mogelijk uit om de besneeuwde toppen te kunnen zien. Het gezicht van de mensenman klaarde op na elke stap. Net als het weer. Hij lachte vaker. Zong soms. Zijn tempo ging ook iets omhoog. Lisa trippelde vrolijk mee, hoe hoog de bergen ook waren.
Toen de dageraad haar na 43 dagen wandelen wakker maakte voelde Lisa zich heel anders. Opgetogen. Ze wist alleen niet waarom. 'Quasi a casa*' zei de mensenman en aaide haar zachtjes over haar hoofd. Na een paar uur liepen ze het dal van het Italiaanse dorpje Carpeneto binnen. Alles was er groen en glooiend. De mensenman leidde haar een weiland binnen, afgezet door een paar houten hekken, onderaan een heuvel. In een houten hok stond een andere ezel haar nieuwsgierig aan te kijken. Hij luisterde naar de naam Davide. En naar íííááá natuurlijk.
Lisa en Davide deelden alles. De appels van de boom, het water uit de beek, het gras op de heuvel, de aaien van de dorpsbewoners, het hooi, de nachten. Haar nieuwe leven wende snel. Soms dacht Lisa nog terug aan Bellingwolde. Maar langzaam maakte die weemoed plaats voor de warmte in haar leven rond het stalletje met Davide en de drie veulens die ze had geworpen.
Een mooier leven had ze zich niet kunnen wensen. Een leven dat ze te danken had aan een zachtaardige Italiaanse pelgrim die na een bezoek aan het klooster van Aduard een lastdier had gezocht voor zijn lange weg terug naar Italië. Op de Zuidlaardermarkt. Op de derde dinsdag van oktober in het jaar 1451. Zijn naam is nog altijd onbekend.
In het dorp fluisteren ze dat de verre nazaten van het Groningse ezeltje Lisa en haar Davide de oude pelgrim nog elke dag bedanken voor hun lekkere luie ezelsleventje hier: grazíííáááá*! En dat als je heel goed luistert, je dan ergens een accent hoort voorbijkomen. Een Gronings accent.

Marc Wiers

Marc is altied onderwegens tussen Genua (Italië), Straatsburg (Frankrijk) en Groningen. Wat hij onderweg tegenkomt vertelt hij hier elke maandag. Volg Marc op Twitter
* 'Vieni con me?' = kom je met me mee?
* 'Quasi a casa' = bijna thuis.
* 'Grazíííááá' = bedankt (op z'n ezels).