Voorwaardelijke celstraf geëist tegen Vindicater wegens zware mishandeling
Tegen Vindicat-lid Wouter B. is 91 dagen celstraf geëist, waarvan 90 voorwaardelijk en een taakstraf van 180 uur. Hij wordt verdacht van de mishandeling van een aspirant-lid, in augustus vorig jaar.
De 24-jarige Wouter B. zou tijdens een ontgroening op het hoofd van het aspirant-lid zijn gaan staan. B. was kampleider tijdens de introductie en was voorzitter van de Commissie Overdracht Korpskennis van Vindicat.
'Een dag cel is wettelijk verplicht'
'Een dag celstraf is de wettelijke verplichting die de wetgever ons heeft opgelegd', zegt Sierd Eijzenga van het Openbaar Ministerie. 'Dat past bij een zware mishandeling. Gegeven de ernst van het feit en de omstandigheden vonden wij dat niet passend. Dus vandaar 91 dagen, waarvan één onvoorwaardelijk. Met die ene dag voldoe je aan de wettelijke verplichting en die 90 dagen voorwaardelijk zijn een stok achter de deur voor de toekomst. En daar bovenop de taakstraf.'
'Licht traumatisch hersenletsel'
Het OM acht het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel bewezen. 'Er is sprake van licht traumatisch hersenletsel. Het slachtoffer heeft z'n hoofd niet gestoten, is ook niet gevallen. Dat is te wijten aan de handelingen van de verdachte', verklaart officier van justitie Sanne Kromdijk.
'Er is onvoldoende bewijs dat de verdachte het letsel met opzet heeft toegebracht. Maar hij had moeten weten dat er zwaar lichamelijk letsel zou kunnen ontstaan. Het is een gouden regel dat je van iemands hoofd afblijft. Verdachte heeft z'n positie misbruikt om slachtoffer een lesje te leren.'
'Bedoeld als intimidatie'
De verdachte bekent dat het is gebeurd. 'Het was bedoeld als intimidatie, maar ik ben niet verantwoordelijk voor het letsel.'
Een getuige sprak tijdens de behandeling van de zaak over 'buitensporig gewelddadig fysiek en geestelijk geweld'.
'Hij zette een voet op m'n slaap en drukte door'
Het slachtoffer beschreef de mishandeling tot in detail. 'Hij liep om me heen en ging achter m'n hoofd staan. Hij zette een voet op m'n slaap en drukte door. Totdat de druk te veel werd. Ik begin te schreeuwen en de druk op m'n hoofd wordt steeds groter. Ik weet niet met welke voet hij op m'n hoofd stond. Ik kon me niet aan z'n voet ontworstelen. Het was een leren schoen. Vervolgens ging hij nog een seconde of vijf door.'