Mijnenjagers weer op weg naar de Oostzee: 'Vorige week vonden we een onderzeeër'

De vijf mijnenjagers die de afgelopen dagen in de haven van Delfzijl lagen, zijn weer vertrokken. Rond het middaguur gooide de Nederlandse mijnenjager Zr. Ms. Makkum als laatste de trossen los. Iets later dan gepland, vanwege technische problemen.
De mijnenjagers hebben koers gezet richting de Oostzee. Daar gaat het flotielje namens de NAVO oude mijnen en bommen uit de Tweede Wereldoorlog opsporen en onschadelijk maken, voordat ze een gevaar opleveren voor de scheepvaart.

Duitse onderzeeër

Bij die zoektocht worden soms opmerkelijke 'bijvangsten' gedaan, vertelt kwartier- en seinmeester Patrick Rutgers uit Baflo, een van de vier Groningers aan boord van de Makkum. 'Vorige week vonden we voor de Normandische kust bij toeval het wrak van een Duitse onderzeeër uit de Eerste Wereldoorlog.'
Die duikboot werd in 1917 per ongeluk geramd door een andere Duitse onderzeeër. Elf opvarenden vonden de dood. 'Die vondst was echt bijzonder. Het stond vandaag ook in De Telegraaf en op Nu.nl', vertelt Patrick trots.

Anti-magnetisch schip

Het opsporen van explosieven gebeurt met een sonar. 'Nee, dat is geen link werk', zegt matroos Patrick Swieringa uit Niekerk.
Maar commandant Maarten Veenstra is het daar niet helemaal mee eens. De Makkum is niet voor niets in polyester uitgevoerd, in plaats van staal: 'Alles is anti-magnetisch omdat mijnen daarop kunnen reageren. En dat wil je natuurlijk niet.'
Voor alle kleine ongelukjes aan boord, staat verpleegkundige Joke Bouma uit Marum in elk geval paraat. 'Meestal heb ik het niet zo druk, dan help ik in de kombuis met eten koken en afwassen', vertelt ze tegen verslaggever Rob Mulder.

Boerenkool met worst

In de kleine kombuis staat Mike Topelen uit Winschoten letterlijk met zijn hoofd tegen het plafond. Hij is druk bezig met het schillen van aardappelen. 'Vandaag staat er boerenkool met spekjes en worst op het menu. Tien tot vijftien kilo moeten we schillen.'
Hij probeert zo veel mogelijk eten te maken wat de opvarenden thuis ook voorgeschoteld krijgen: 'Dus macaroni, spaghetti. Op woensdag eten we altijd patat met pindasaus. En op donderdag af en toe een biefstukje. Die dag staat er altijd luxe-eten op het menu.'

Voorraad aangevuld

De afgelopen dagen is er in Delfzijl 'gebunkerd' voor de nieuwe missie op de Oostzee, die ruim vier weken duurt. Alle voorraden zijn weer aangevuld. 'We kijken altijd drie, vier weken vooruit. Soms vergeten we wel eens wat in te kopen, ja. Zo zijn we een keer bloem vergeten. Tja, dan krijg je slappe sausjes. Als het eten niet goed is, dan krijgen we dat wel te horen van de bemanning', aldus Mike.