Column: Ondeugende moeders

© RTV Noord
Flirtend zitten ze tegenover me in de ICE. Zij met zichtbaar te vaak geblondeerd haar en een ietwat gerimpeld, diep decolleté, type Patricia Paay. Haar donkere vriendin ernaast, in tijgerprint met glanzende laarzen tot aan de knieën. Tussen hen in een halflege fles Rotkäpchen.
Ze klinken Zuid-Duits. Na een paar schaamteloze knipogen en een aangeboden plastic glas zoete bubbelwijn komen ze helemaal los. De dames zijn op weg naar Groningen. 'Daar studeren onze zoons,' giechelt de blonde. 'Nou, dan weet je het wel.'
Vragend trek ik mijn wenkbrauw op. Ze buigt voorover. 'In Groningen gibt es die beste Männer.' Bezwerend legt ze haar wijsvinger op haar gestifte lippen. De donkere giert het uit.
Geamuseerd vraag ik door. 'We zijn er vorig jaar zomer ook geweest. Gefeest tot diep in de nacht! En wat een stoere kerels overal.' Ik vul voor het gemak maar in dat de dames vrijgezel zijn.
Alsof ze het aanvoelt, glijdt de donkere, bijna onzichtbaar, haar linkerhand over haar rechter ringvinger. 'Ein bisschen spaß muß doch sein,' zegt ze zacht en staart naar buiten. De blonde schenkt ons nog wat bij. Ze blijken uit Zwitserland te komen. En lijken hun saaie bankiersvrouwleventje maar wat graag te willen ontvluchten. Vul ik voor het gemak even in.
Dromerig staart de blonde naar buiten en zucht. 'We hebben zo'n mooie nacht gehad in Groningen. Overal bronstige gebruinde strak afgetrainde Männer. Een jonge danser heeft me helemaal het hof gemaakt.' Opeens giert ze het uit. 'Weet je nog toen we buiten kwamen?! Het was al weer licht! We hebben zoooo gelachen!' De donkere schiet in de lach. 'Oooh die lange gespierde gast! Dat leek wel een acrobaat...'
Beschaamd over hun eigen enthousiasme kijken ze elkaar aan. 'Maar allemaal wel heel jong hoor. En natuurlijk voor ons onbereikbaar...' De blonde schiet naar voren. 'Johan was het toch? Zo heette die man die jou wel zag zitten?' Twijfelend fronst de donkere haar blozende voorhoofd. 'Nou ja, zag zitten... Wat ik ook deed hij raakte me niet aan. Een zachte aai over zijn arm, een klopje op zijn borstkas, een zwoele fluistering in zijn oren, hij reageerde nergens op.' Beiden kijken ze me verontwaardigd aan. 'Zijn jullie preuts ofzo?'
Als we het station van Leer binnenglijden ben ik toch wel heel nieuwsgierig naar de tent waar dit alles heeft plaatsgevonden, en vraag de dames of ze zich de naam nog herinneren, of de plek in de stad. De donkere zoekt met peinzende blik en gebogen hoofd in haar geheugen. 'Wie war das noch mal... Je moest door een steeg, vlak bij de Martiniturm, en kon binnen een trap op. Boven was de dansvloer. Wat was het dáár druk! Het was een beetje art deco ingericht. Kitsch maar wel leuk. De naam... iets korts, iets met een C, toch?' Ze draait zich naar haar vriendin. Die haalt haar schouders op. 'Geweldige Leute, allemaal helemaal los en vrij. Och kom Ulrike, hoe heette dat ding ook alweer?' De blonde schudt haar hoofd, haar oorringen rinkelen op het ritme mee. 'Heinz en Kurt weten het vast nog...' Ik kijk haar vragend aan. Ze wijst trots naar hen beiden. 'Onze zoons.'
In de bus naar Groningen schiet me een naam te binnen. 'De Kast?' vraag ik de Zwitserse moeders. Beiden veren op. 'Ja!' roept de blonde. Haar vriendin klapt eelsk haar handen. 'Oh wat góed! Die Kaste! Daar gaan we natuuuurlijk weer heen, Ulrike, hoe konden we dat nou vergeten!' Ik buig wat voorover. 'Het spijt me dames maar die tent is inmiddels gesloten.' Ze kijken elkaar verbijsterd aan. 'Ach so...' Beteuterd bijt de blonde op haar lip. Sip schenkt de donkere de laatste druppels sekt in onze glaasjes, als de bus bij halte P tot stilstand komt.
'Er zijn meer van dat soort tenten in Groningen,' voeg ik geruststellend toe. Hun gezichten klaren op. 'De Rits, en er is een nieuwe langs een van de diepen.' Met een twinkeling kijken ze elkaar aan. 'Vraag anders jullie zoons. Het was hun idee neem ik aan, naar Die Kaste te gaan?' Beiden knikken trots. 'En wonen ze toevallig in hetzelfde huis?' Verbaasd kijken ze eerst elkaar, en dan mij aan. 'Wieso weet u dat allemaal?' Ik laat ze voor me het perron opstappen. 'Leer mij de Schwulen-szene kennen' grijns ik ze toe, en laat ze in opperste verwarring achter op Bahnhof Groningen.

Marc Wiers

Marc is altied onderwegens tussen Genua (Italië), Straatsburg (Frankrijk) en Groningen. Wat hij onderweg tegenkomt vertelt hij hier elke maandag. Volg Marc op Twitter.