NAM-directeur: 'Heel vervelend, maar we moeten verder'

© Siese Veenstra/ÁNP
De aardbeving van maandagmiddag bij Zeerijp was één van de zwaarste die de provincie Groningen tot dusver trof. NAM-directeur Gerald Schotman leeft ondanks de kritiek op de gas- en aardoliemaatschappij met de Groningers mee.
'Op zo'n zware aardbeving zit niemand te wachten', reageert hij. 'Mijn gedachten gingen meteen uit naar de schade aan de woningen en de angst van bewoners die daarmee gepaard gaat.'

Feiten en experts

Schotman is zich er van bewust dat er nog altijd met een beschuldigende vinger naar de NAM gewezen wordt. 'Maar bij een aardbeving  komt veel kijken. Onze taak is in dit geval om meteen alle feiten en experts om ons heen te verzamelen en advies uit te brengen aan Staatstoezicht op de Mijnen. En dat doen we netjes', legt hij uit.
'We vinden het echt heel vervelend, maar we moeten verder', benadrukt de NAM-directeur. En daarmee bedoel ik het adviseren van de minister, zodat hij kan bepalen wat hij met deze nare situatie kan en wil doen.'

'Schademeldingen sneller afhandelen'

Schotman beaamt dat het afhandelen van schademeldingen in de toekomst sneller moet. 'En dat moet gebeuren door mensen die weten waarover ze spreken en daar op een onafhankelijke manier een oordeel over kunnen vellen.'
'Mensen in het aardbevingsgebied moeten weer vertrouwen krijgen in een snelle en adequate afhandeling van hun schademelding, van een partij die hierin geen belang heeft. We moeten de kracht vinden om zo'n protocol te vinden en ik hoop dat dit zo snel mogelijk wordt geregeld', besluit hij.