Provincie steunt Lifelines, maar niet onvoorwaardelijk

Het geld dat het grootschalige bevolkingsonderzoek Lifelines van de provincie Groningen krijgt, mag niet zomaar overal voor worden ingezet. De subsidie moet uiteindelijk leiden tot winst en arbeidsplaatsen.
Volgens gedeputeerde Patrick Brouns is het geld dat naar Lifelines gaat, niet bedoeld voor de infrastructuur van het project. De vijf miljoen euro is niet inzetbaar voor bijvoorbeeld het financieren van data-opslag of het betalen van medewerkers.

Vijf miljoen euro

De drie noordelijke provincies steunen Lifelines de komende vijf jaar met jaarlijks één miljoen euro. Dat subsidiegeld waar bedrijven gebruik van kunnen maken, is gereserveerd voor het project. Het gaat dan bijvoorbeeld om ICT-projecten gaat zoals de Persoonlijke Gezondheidsomgeving, waar patiënten en deelnemers hun gegevens kunnen bekijken.
Dat betekent dat Lifelines het geld niet zomaar krijgt, maar een aanvraag moet indienen bij de provincie. Dat moet samen met bedrijven of projecten die gebruik maken van Lifelines.
Daarmee wil Brouns zorgen voor meer werkgelegenheid: 'De projecten die rond Lifelines gebeuren, willen we zo naar de markt brengen om er geld mee te verdienen en arbeidsplaatsen te creëren', zegt Brouns.

Dertig jaar lang

Donderdag werd duidelijk dat het bevolkingsonderzoek waar 150.000 noordelingen aan meedoen, een nieuwe onderzoeksronde van vijf jaar kan starten. Dat is cruciaal voor het slagen van Lifelines, dat als doel heeft om dertig jaar lang de deelnemers te onderzoeken. De eerste tien jaar zitten er inmiddels op.

Minder deelnemers

Bij aanvang van het project deden 167.000 inwoners van Groningen, Drenthe en Friesland mee. Tien jaar na de start zijn dat er 17.000 minder. Dat komt volgens Lifelines onder meer door sterfte, verhuizingen, ziekte of omdat deelnemers het onderzoek te intensief vinden.
Of Lifelines na deze onderzoeksronde nog tien jaar wordt gefinancierd, is nog niet zeker. De bestuurders moeten dan opnieuw de boer op om het geld bij elkaar te krijgen.