'We kunnen baarmoederhalskanker in Nederland zo goed als uitroeien'

Vaccins tegen baarmoederhalskanker
Vaccins tegen baarmoederhalskanker © Robert Vos/ANP
'Alle vrouwen die opgeroepen worden voor het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker: ga, ga, ga!' Die oproep doet hoogleraar gynaecologische oncologie Marian Mourits van het UMCG.
Aanleiding is de berichtgeving van het Algemeen Dagblad dat er elk jaar rond de honderd vrouwen die niet hebben meegedaan aan het onderzoek, sterven aan de ziekte.

Niet roken

'We kunnen baarmoederhalskanker in Nederland zo goed als uitroeien', is de overtuiging van Mourits.
'Door alle meisjes die worden opgeroepen voor een vaccinatie, ook te laten gaan. En we moeten alle jonge meisjes oproepen niet te gaan roken. Rook je, dan wordt het virus dat tot baarmoederhalskanker kan leiden minder snel opgeruimd. En als het virus tijdig opgeruimd wordt, krijg je geen baarmoederhalskanker.'

Zelf testen

'Kan je niet, vraag dan een self sampler aan. Dat kan via de site van het RIVM. Het is net zo betrouwbaar als bij de huisarts.'
Sinds 2009 worden meisjes vanaf 13 jaar gevaccineerd. 'Over vijf jaar worden de eerste meisjes die dan dertig jaar worden, opgeroepen voor een uitstrijkje. Dat blijft nodig, want het vaccin werkt tegen de meest voorkomende vormen van het virus. Maar niet tegen alle.'

Waarom gaan vrouwen niet?

Dat niet alle vrouwen die een oproep krijgen voor een uitstrijkje ook daadwerkelijk gaan, heeft volgens Mourits meerdere redenen.
'Als je een oproep krijgt, moet je een afspraak maken. Dat kan soms een belemmering zijn. Iedereen heeft het druk, je moet er vrij voor nemen als je werkt. Het is ook een onderzoek waar mensen tegenop zien. Vrouwen zijn soms bang voor pijn bij het inwendig onderzoek of ze generen zich.'
Die angst is volgens Mourits niet terecht. 'Het onderzoek is in principe pijnloos. En in bijna alle situaties kan het ook door een vrouw gedaan worden, als daarom gevraagd wordt. Een mannelijke huisarts kan soms een drempel zijn.'

Klachten

'Wij hebben in Groningen als eens uitgezocht dat van al onze patiënten ongeveer de helft één of meerdere keren het bevolkingsonderzoek had overgeslagen. Inmiddels ligt het landelijke cijfer zelfs rond de zeventig procent. En die groep komt ook vaak pas bij de dokter als ze echt klachten hebben.'
Dan hoeft het overigens nog niet te laat te zijn, benadrukt Mourits. 'We hebben een heel goed behandelsysteem; het merendeel van de vrouwen kunnen we gelukkig genezen. Maar het is wel een zware behandeling en die had voorkomen kunnen worden door er tijdig bij te zijn.'