Hoogste baas RUG krijgt erepenning bij afscheid

Sibrand Poppema
Sibrand Poppema © Rijksuniversiteit Groningen
Sibrand Poppema heeft donderdagmiddag uit handen van burgemeester Peter den Oudsten van Groningen de erepenning van de stad gekregen.
Poppema neemt na tien jaar afscheid als bestuursvoorzitter van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG).
De vertrekkend bestuursvoorzitter blikt in een interview met één van zijn woordvoerders terug op tien jaar leiding geven aan de RUG. 'Het is een gouden baan in de zin dat je altijd dingen bij blijft leren. Het is een ontzettend leuke baan. Steeds blijven leren is het meest waardevolle voor mezelf.'

Tegenvallers

Gevraagd naar tegenvallers noemt Poppema Yantai. Daar had hij een vestiging willen openen van de Groninger universiteit, maar de Universiteitsraad stak daar een stokje voor. 'De RUG had een voorsprong kunnen nemen op heel veel universiteiten. Die kans is er nog steeds, maar het wordt wel lastiger en het zal veel meer tijd gaan kosten.'
Poppema kan het wel relativeren. 'Het bepaalt niet of je leven is gelukt. Maar het is voor de universiteit ontzettend jammer.'

Zelfverwijt?

Poppema verwijt zichzelf niet dat hij de Universiteitsraad niet heeft kunnen overtuigen van het belang van Yantai. 'Risico's zijn er altijd. Als je denkt dat elk risico ook echt gaat gebeuren, dan is alles te riskant. Wat hadden we kunnen doen? Het was beter geweest als het sneller was gegaan. Als we binnen de eerste twee jaar de wetswijziging hadden gehad, maar dat is niet gelukt. Door de vertraging zijn de tegenstand en de onzekerheid steeds groter geworden.' Boos zegt Poppema niet te zijn. 'Het woord is echt jammer.'

Blij

Poppema heeft ook blije momenten gehad. Dat Ben Feringa een Nobelprijs won, noemt hij 'fantastisch'. Ook dat het gelukt is om van de RUG een top 100-universiteit te maken, zal Poppema altijd bijblijven. 'Ergens in 2013 gingen we de top 100 binnen. Dat waren mooie momenten. Twee keer iets waarvan je hoopte dat het zou gebeuren en het gebeurde ook nog.'

Van waarde

Het allerbelangrijkst is voor Poppema dat studenten het nu beter doen dan tien jaar geleden. 'Minder dan vijftig procent van de studenten had na vier jaar zijn bachelordiploma gehaald. Dat moest anders. We zijn er in geslaagd het omhoog te brengen tot meer dan 75 procent.'
Met voldoening trekt Poppema de deur nu achter zich dicht. 'Straks nieuwe dingen gaan doen.'