Fabrikanten bevingsmeters: 'Bouw een nieuw meetnetwerk van sensoren'

Medewerkers van StabiAlert bezig met het bevestigen van sensoren op een sluizencomplex
Medewerkers van StabiAlert bezig met het bevestigen van sensoren op een sluizencomplex © RTV Noord
Een nieuw en regionaal meetnetwerk moet gevolgen van gasbevingen beter in kaart brengen. De bedrijven StabiAlert en Omnidots willen een netwerk opzetten dat op straat- en huisniveau bevingsschade meet. 'Daarmee haal je de regie terug naar de regio.'
StabiAlert in Groningen en Omnidots in Bedum grijpen de berichten over de ondeugdelijke KNMI-sensoren aan om erop te wijzen dat een andere meetmethode nodig is om beter inzicht te krijgen in schade door bevingen. Onlangs bleek dat de bevingsmeters van het KNMI al sinds augustus vorig jaar geen goede meetgegevens produceren. De niet goed afgestelde meters zorgen voor nieuwe onzekerheid over de versterkingsoperatie, die nu al anderhalf jaar stilligt.
Omnidots en StabiAlert zwengelen daarmee opnieuw het debat over meting van bevingschade aan. In 2013 werd toenmalig minister Kamp gesommeerd door de Tweede Kamer om tiltmeters te plaatsen in het bevingsgebied.

Geen gehoor

Kamp heeft nooit gehoor gegeven aan de oproep van de Kamer. Het plan om tiltmeters te plaatsen is in 2017 ook besproken in Provinciale Staten maar het provinciebestuur wilde niet voor de kosten opdraaien en dus kwamen ze er niet. Twee jaar geleden kondigde de Nationaal Coördinator Groningen een proef aan met de tiltmeters, maar ook die is nog altijd niet gestart. 

Een tiltmeter is een nauwkeurige digitale waterpas die extra informatie geeft omdat deze de kanteling van gebouwen registreert. Dat geeft een goed beeld van het verband tussen bevingen en schade. De tiltsensor registreert bovendien ook langzaam verzakken van panden.

Test

De directeuren Marko Bolt van Omnidots en Arjen Miedema van StabiAlert zeggen dat een gezamenlijk project met hun sensoren een belangrijke aanvulling zal leveren op wat er momenteel wordt gemeten. Ze willen daarom een test doen in een dorp in het aardbevingsgebied. en Miedema stellen dat een combinatie van enkele tiltmeters van StabiAlert met een cirkel van sensoren van Omnidots zeer nauwkeurige informatie oplevert over zowel de bevingen zelf als de schade die ze veroorzaken.
Het levert een goed onderbouwd verhaal op waarmee regionale bestuurders hun positie kunnen versterken
Arjen Miedema - StabiAlert
StabiAlert-directeur Miedema benadrukt dat de regio en regionale bestuurders daarmee beter een vuist kunnen maken richting Den Haag, de NAM en andere partijen in het aardbevingsdossier.
'De regio verliest steeds meer invloed en regie over het gasdossier', zegt hij. 'Meten op gebouwniveau levert een goed onderbouwd verhaal op waarmee de regionale bestuurders hun positie kunnen versterken. Met een netwerk dat wij voor ogen hebben kunnen we de regie terughalen.'

Omnidots en StabiAlert meten elk volgens een ander principe. De sensor van StabiAlert heeft behalve een versnellingsmeter om bevingen te registreren een tiltmeter ingebouwd die schade door scheefzakken meet. Omnidots registreert trillingen met plaatselijke netwerkjes van een groot aantal versnellingssensoren. Wanneer de gegevens van deze sensoren worden samengevoegd dan levert dat een betrouwbaar beeld op van beving én schade, zeggen de bedrijven.
Het alternatieve netwerk dat en Miedema voor ogen hebben levert volgens hen meer en gedetailleerdere informatie dan de bestaande meetnetwerken. Het huidige KNMI-netwerk van seismometers in de grond en versnellingsmeters aan het aardoppervlak geeft weliswaar inzicht in de beweging van de bodem, maar laat niet gedetailleerd zien waar schade wordt veroorzaakt en hoe groot de schade is.

Grote klap

Dat komt doordat het KNMI meetgegevens in een model giet - het Hazard and Risk-model - en daaruit de gevolgen van een aardbeving afleidt. Het KNMI modelleert dus wat er gebeurt als de grote klap komt. 'Wij meten in het open veld om de magnitude en tijdstip van een beving te achterhalen', verduidelijkt Läslo Evers van het KNMI.

Niet nuttig

Om schade aan panden te bepalen is meten in de grond niet zo nuttig, stelt Marko Bolt van Omnidots. 'Dat de grond trilt is misschien niet zo erg. Dat gebouwen en infrastructuur beschadigen, dat is wat telt. Wij vinden dus dat je moet meten aan een gebouw.'
Dat het er nog niet ligt is niet te verkroppen want het is wel toegezegd. Ik zeg: met gezwinde spoed aanleggen
Henk Nijboer - Kamerlid PvdA

Vertrouwen terugwinnen

PvdA-Tweede-Kamerlid Henk Nijboer steunt het idee voor een alternatief meetnetwerk. 'Dat het er nog niet ligt is niet te verkroppen', zegt Nijboer. 'Ik vraag het me ook af waarom het er niet is, want het is wel toegezegd. Ik zeg: met gezwinde spoed aanleggen.'
Dat is vooral van belang omdat volgens Nijboer er nauwelijks nog iemand is die het Hazard and Risk-model vertrouwt dat de NAM gebruikt om te bepalen of panden veilig zijn en versterkt moeten worden. Nijboer: 'Wil je dat vertrouwen terugwinnen dan helpt het enorm wanneer je geen discussie meer hebt over meetgegevens.'
'Mensen in de regio hebben behoefte aan zeggenschap en grip', zegt Sandra Beckerman, Kamerlid voor de SP. 'We moeten nu vertrouwen op modellen die we niet eens kunnen inzien en dus niet kúnnen vertrouwen. De hele versterking wordt gebaseerd op een black box. Mensen wonen bovendien niet in een model, maar in een huis dat onveilig voelt.'
Beckerman verklaart het HRA-model van de NAM 'failliet': 'Ik wil verder gaan dan alleen een proef met een ander meetsysteem. Ik zie ook wel wat in een veel uitgebreider burgermeetnet.'

San Francisco

'We vliegen de hele wereld over om onze sensoren voor aardbevingen in te zetten, maar hier worden ze niet benut', aldus Miedema, die bijvoorbeeld ook sensoren heeft geïnstalleerd in San Francisco, een stad die voortdurend te maken heeft met aardbevingen.

Bouwprojecten

StabiAlert heeft in de bevingsregio wel een netwerk van enkele tientallen tiltmeters in de lucht, maar dat is vooral voor eigen gebruik. Beide bedrijven gebruiken hun meetinstrumenten momenteel vooral om trillingen, verzakkingen en schade te meten in de bouw en bij infrastructurele projecten.

TNO-meters

Er is ook een netwerk in de lucht van driehonderd trillingsmeters die TNO in opdracht van de NAM aan vooral publieke gebouwen zoals gemeentehuizen heeft bevestigd. Miedema: 'Maar die sensoren meten ook slechts versnelling, dus hoe hard je huis heeft getrild, niet of er schade is opstaan.' De meetgegevens van de TNO-meters zijn bovendien niet alle openbaar.

Initiatieven

Zowel Bolt als Miedema verbazen zich erover dat het in de afgelopen jaren niet is gelukt in de regio een alternatief meetnetwerk van de grond te trekken. Eerdere initiatieven om zoiets op te starten mislukten.
Marko Bolt: 'We hebben een tijdlang zo'n vijfhonderd van onze sensoren in het aardbevingsgebied gehad. We hebben toen een paar ton geïnvesteerd en konden technologie leveren voor een betaalbare prijs.'

Gebruikers

'Bewoners en ook de overheid droegen wat bij. Het zou heel mooi zijn geweest wanneer we dit alternatief netwerk er op na hadden kunnen houden. Maar uiteindelijk konden we als klein bedrijf het niet voor die paar honderd gebruikers in de lucht houden.'
Een latere poging in 2015 door Omnidots, StabiAlert en vijf andere Groningse partijen voor de bouw van een meetnetwerk onder de naam Open Seismisch Sensor Grid (OSSG) kwam weinig verder dan de papieren onderzoeksfase.