Westerkwartier wil aansluiting bij Nationaal Programma Groningen

Zo werd het Nationaal Plan gepresenteerd
Zo werd het Nationaal Plan gepresenteerd © Mario Miskovic/RTV Noord
Omdat Westerkwartier voor dezelfde uitdagingen en vraagstukken staat als het aardbevingsgebied, wil de gemeente zich aansluiten bij het Nationaal Programma Groningen.
Westerkwartier heeft daarover een brief gestuurd naar de bij het Nationaal Programma betrokken instanties.

Waarom wil Westerkwartier het?

Volgens burgemeester Koos Wiersma van Westerkwartier gaat het om economische ontwikkeling, banengroei, energietransitie en leefbaarheid.
'In het aardbevingsgebied zijn dat de thema's waar het Nationaal Programma op inzet. Dat zijn ook de onderwerpen waar de gemeente Westerkwartier mee te maken heeft. Door ons bij het programma aan te sluiten kunnen we elkaar versterken en daar ook zelf een bijdrage aan leveren.'

Gebied Middag

De burgemeester wijst daarbij op het gebied Middag, dat sinds de gemeentelijke herindeling deel uitmaakt van de gemeente Westerkwartier. Daarvoor was Middag, met de dorpen Ezinge, Feerwerd en Garnwerd, onderdeel van de gemeente Winsum. Daarmee lag het in aardbevingsgebied en maakte het deel uit van het Nationaal Programma Groningen. De gemeente wil met de beleidsmakers in gesprek over de positie van dit stuk Westerkwartier binnen het Nationaal Programma.

Sluiting gasopslag

Ook de sluiting van de gasopslag bij Grijpskerk per 2021 en de herbestemming van dat complex is een vraagstuk dat volgens Wiersma voor een veel groter gebied dan alleen de gemeente Westerkwartier van belang is.
Westerkwartier stelt zich op het standpunt dat de herbestemming van het terrein moet worden gezocht in energietransitie. In gesprekken van de gemeente met de NAM, de exploitant van de ondergrondse opslag, wordt door beide partijen aangegeven dat een dergelijk hergebruik van het complex de voorkeur geniet.
Wiersma benadrukt dat het zijn gemeente er nadrukkelijk niet om gaat een greep uit de pot van 1,1 miljard euro te doen die beschikbaar is voor het Nationaal Programma. Wiersma: 'Dat geld is voor het bevingsgebied en moet daar worden besteed.'