'Wat Stadskanaal nodig heeft? Werk, werk, werk, werk en nog eens werk'

© Google Streetview
Niet alleen de hand ophouden, maar vooral zelf een toekomstplan maken. Daarmee kan Stadskanaal de krimp niet keren, maar het zorgt voor nieuwe perspectieven.
Dat zijn de boodschappen die uit de Knoalster samenleving komen na de uitzending van De Monitor, die de krimpproblematiek zondagavond in beeld bracht.
Hij zat zondagavond te kijken naar een voor hem bekend beeld. Raadslid Jur Mellies van de partij Lokaal Betrokken zag, net als vele andere inwoners van Stadskanaal en omstreken hoe programmamaker Teun van de Keuken de regio neerzet.

Geen tweede Randstad

Het voor veel Knoalsters bekende verhaal kwam aan bod: jongeren trekken weg, bedrijven hebben moeite geschikt personeel te vinden en voorzieningen staan onder druk.
Mellies wil af van dat verhaal. 'We moeten af van het idee om ons handje op te houden bij het Rijk', zegt hij. 'We moeten een visie ontwikkelen. Niet reactief te werk gaan. Wij zijn een woonregio, waar het prachtig wonen is voor relatief weinig geld. Met dat gegeven moeten we aan de slag. Soms krijg ik het idee dat sommigen hier een tweede Randstad willen creeren. Dat moeten we juist niet doen, daar zit ik niet op te wachten.'

Werk, werk, werk

Een woonregio waar het prettig toeven is. Allemaal leuk en aardig, maar dat is voor ondernemer Martin van der Leest te weinig. Als directeur van SealteQ, het voormalige Frans Nooren, heeft Van der Leest een eigen visie op de streek.
'Wat Stadskanaal nodig heeft? Werk, werk, werk, werk en nog eens werk', is het statement van Van der Leest. 'Door domweg een baan aan te bieden als regio, ondernemerschap te creeren, blijf je aantrekkelijk. We moeten hier elke kiem omarmen dat een mooi plantje kan worden.'
'Ondernemers die eenpitters zijn, moeten we alle ruimte geven. Ook dit bedrijf is ooit begonnen als eenpitter en is doorgegroeid naar een bedrijf met een omzet van 50 miljoen euro. Wij moeten daarop inzetten, absoluut.'

Komt werk, komen mensen

De overtuiging van de SealteQ-directeur is: wanneer er werk komt, volgen er mensen die ook in de Kanaalstreek willen wonen. 'Ook die hier niet vandaan komen. Ik ben zelf een levend voorbeeld. In 1987 kwam ik hier als 'arbeidsmigrant' en ben gebleven. Als je kans maar krijgt. Hoe we dat bereiken? Door als overheid, onderwijs en ondernemers heel intensief samen te werken.'
Dat gaat trekken en sleuren worden, beseft hij zich. 'Ik ben ook kind van het gebied, voel mij ook verantwoordelijk. We moeten hier blijven trekken, trekken, trekken. Soms domweg stoïcijns doortrekken. Dan geloof ik erin dat er iemand komt en vraagt: 'Zal ik helpen meetrekken? En dat is de kern: we moeten hier samenwerken!'

'Laat het geen vergeten stukje Nederland worden'

Samenwerken. Als 'burger van buiten' ziet burgemeester Froukje de Jonge (CDA) dat het samenwerken in de samenleving al gebeurt. Maar ze ziet ook: het is niet genoeg om de streek in de benen te houden. 'Vanaf het moment dat ik hier ben, wil ik me sterk maken tussen de verbinding Randstad versus regio. In ons land ligt de focus veel te veel op de Randstad. Dit mag geen vergeten stukje Nederland worden.'
Als waarnemend burgemeester blijft De Jonge -woonachtig in Almere en moeder van vijf kinderen- hier tijdelijk. Maar toch, wanneer ze het meest recente rapport van het Planbureau voor de Leefomgeving leest, kan ze haar frustratie nauwelijks verbergen.

Wen er maar aan

'In dat rapport staan, vrij vertaald, twee belangrijke zaken. Een: als je in een krimpgebied woont, wen er maar aan. En twee: alles wordt minder, en bestrijden van de krimp heeft geen zin. Nou, dat maakt mij erg boos. Hoe kun je dat meegeven aan een gebied van 60.000 inwoners?'
Een oplossing voor de krimp heeft ze niet direct paraat. Wel een denkrichting. 'We moeten de regio worden voor een Nationaal Programma voor de krimp, waarbij we gebruik kunnen maken van de juiste expertise, energie en geld. Dit is een nationale opgave. De Randstad slibt dicht, dit land is zo klein. We kunnen dit gebied niet afschrijven.'

We praten elkaar de put in

Dat onderkent Anne de Vries. De 60-jarige inwoner van Stadskanaal -Knoalster pur sang- is namens scholengemeenschap Ubbo Emmius de verbinder met het bedrijfsleven en verantwoordeiijk voor schoolprojecten in samenwerking met ondernemers.
'Als je niks doet, is die somberheid die geschetst wordt terecht', begint hij. 'Maar we praten ons misschien ook wel de put in. Ik zie kansen in de streek, waarbij er ook weer een bepaalde trots in de regio kan terugkeren. Een van de problemen is de 'mismatch' op de arbeidsmarkt, waarbij het aanbod niet is afgestemd op de vraag.'

Potentieel benutten

Als het aan De Vries ligt, wordt daar de komende jaren nog meer de nadruk op gelegd. 'De grote uitdaging voor ons als onderwijs de komende jaren is om zij-instromers te werven, die de verkeerde opleiding hebben gehad, of geen opleiding hebben genoten, en geen werk hebben.'
'Het werk is er wel. De sectoren die hier kansen bieden, zijn de techniek en de zorg. En we moeten ondernemerschap stimuleren. Er is hier voldoende potentieel, als we dat gaan benutten, hebben we het hier niet alleen meer over achterstand. We moeten geloven in onze eigen kracht.'