NCG-directeur: 'Mijn waterpolo-maatjes zeggen soms dat ik een zombie ben'

'In het begin dacht ik weleens, waar begin ik aan?', zegt directeur Peter Spijkerman van de Nationaal Coördinator Groningen. 'Maar nu wordt het eigenlijk steeds leuker.'
De NCG heeft een zware periode achter de rug. Er rust een enorme druk op zijn schouders. Het is tijd dat de mouwen worden opgestroopt en dat de versterkingsoperatie nu écht in een stroomversnelling raakt. En dat is geen gemakkelijke klus.

Zwaar

'Het afgelopen halfjaar was heel druk en persoonlijk ook best zwaar', zegt hij. 'Ik maakte te weinig meters. Zo simpel is het. En dat neem je mee naar huis.'
Privé merkt zijn omgeving ook wat voor molensteen er soms om zijn nek hangt. 'Mijn waterpolo-maatjes zeggen weleens dat ik net een zombie ben', zegt Spijkerman. 'Want ik ga dan zitten piekeren, staren en ik wil vaker op de reservebank. En dat zijn ze niet van mij gewend.'

Is het wel te doen?

Verrassend klinken de woorden van de NCG niet. Zijn tijdelijke voorganger, Herman Sietsma, had het soms ook zichtbaar moeilijk. Is het eigenlijk wel te doen om de organisatie te leiden die de versterking van duizenden huizen moet uitvoeren?
'Het is te doen', zegt Spijkerman voorzichtig. 'Laat ik het zo zeggen: het wordt steeds leuker nu ik een volledig mandaat heb en een eigen budget.'

Bevoegdheden

Hans Alders, die de eerste NCG was, zou jaloers zijn geweest. Jarenlang was hij een roepende in een woestijn om meer bevoegdheden te krijgen. Hoe heeft Spijkerman dat nu wel voor elkaar gekregen? 'Door te praten en te praten', zegt hij.
Dat hebben zijn voorgangers ook gedaan. Ze sloegen soms zelfs openlijk met de vuist op tafel. Waarom is het nu wel mogelijk? Spijkerman: 'Misschien komt het ook wel doordat de urgentie nu wel meer wordt gevoeld dan voorheen.'

Traag

De cijfers liegen er niet om. In het laatste rapport van het Staatstoezicht op de Mijnen, die de versterking op de voet volgt, staat dat sinds 2015 nog geen duizend gebouwen zijn versterkt. Ook stelt de toezichthouder vast dat de monsterklus nog steeds te traag verloopt.
En als er niet snel iets verandert, duurt het nog jaren voordat Groningers in een veilig huis wonen. Spijkerman heeft er vertrouwen in dat het tij wordt gekeerd.
'We moeten de operatie simpeler maken. Mensen moeten zelf met een aannemer aan de slag kunnen en we moeten ervoor zorgen dat er ook aannemers zijn die bezig kunnen.'

Ambitie

Om de ambitie waarop de Groningers hem over een aantal jaar mogen afrekenen concreet te maken, zegt Spijkerman: 'De komende jaren wil ik zo'n vier duizend huizen per jaar beoordelen en uiteindelijk ook versterken.'
Dit soort geluiden hebben we al vaker gehoord. Toch deden zich telkens nieuwe problemen voor en kwam er regelmatig zand in de motor.

Goed gevoel

Desondanks heeft Spijkerman er vertrouwen in. 'Ik heb nu écht de positie en de mogelijkheden dat ik er een goed gevoel over heb', zegt hij. 'Misschien komt dat naïef over, maar ik geloof er wel in.'

Lees ook: