Celstraffen geëist na geweldsexplosie in Sappemeer

© Jos Schuurman/FPS
'Dit geweld had nooit mogen gebeuren.' Dat zei de officier van justitie dinsdag over een poging tot doodslag op een 53-jarige man uit Slochteren.
Een 21-jarige man uit Zuidbroek en een 22-jarige man uit Groningen stonden hiervoor terecht. Ze hoorden beide achttien maanden celstraf tegen zich eisen, waarvan twaalf maanden voorwaardelijk.

Op de stoep van shoarmazaak

Het incident gebeurde op 7 april dit jaar op de stoep van een shoarmazaak in Sappemeer. Het slachtoffer was een bekende van de verdachten. In 2017 was er al eens 'gedoe' geweest tussen beide partijen tijdens een feest. Een van de verdachten zou destijds zijn mishandeld door het latere slachtoffer.

'Je moet mij niet groeten, vuile oplichter'

Na anderhalf jaar rust, liep het op die bewuste zondag in april uit de hand. De Slochtenaar liep de shoarmazaak binnen, waar de verdachten een broodje aten. Toen de Zuidbroekster even buiten stond te bellen, kwam het latere slachtoffer erbij. Hij groette, maar daar was de Zuidbroekster niet van gediend.
'Je moet mij niet groeten, vuile oplichter', beet hij het slachtoffer toe. Die zou provocerend op de verdachte zijn af gelopen. De 22-jarige Groninger vloog naar buiten en sloeg het slachtoffer tegen de grond. Die werd meerdere malen door de verdachten tegen het lichaam en hoofd geschopt.

'Ik geef voor die getuigenverklaringen nog geen vijf cent'

De camerabeelden van het geweld werden in de zittingszaal getoond. Ook legden verschillende getuigen verklaringen af. 'Maar die zaten op een terras 200 meter verderop óf ze kwamen van achter uit de zaak aangerend toen alles al achter de rug was. Ik geef voor die verklaringen nog geen vijf cent', zei de raadsman van de 21-jarige verdachte.

Geschokt

De 22-jarige man zei dat hij geschokt was door de beelden. 'Ik herken mijzelf er niet in', liet hij weten. Beide verdachten claimen bang te zijn geweest voor het slachtoffer. Ze zouden hebben gehandeld uit zelfverdediging. Niet alleen gezien de situatie in 2017, maar ook vanwege de reputatie die het slachtoffer zou hebben.

Geen noodweer

Van noodweer is geen sprake, volgens de officier. Maar daar dacht de raadsman van de 22-jarige Stadjer anders over. Hij pleitte voor ontslag van alle rechtsvervolging voor zijn cliënt, omdat die juist handelde vanuit een 'hevige gemoedstoestand'. 'Mocht de rechtbank toch tot een straf komen, dan zou dat een straf moeten zijn gelijk aan het voorarrest, met een werkstraf ernaast', zei hij.
 

Psychose tijdens voorarrest

De 22-jarige verdachte raakte tijdens zijn voorarrest in een psychose. Hij verbleef daarna vier maanden lang in het UMCG wegens psychische problemen. 'Het is absoluut onwenselijk dat hij de cel in zou moeten.'
Volgens de raadsman van de 21-jarige verdachte zou het slachtoffer geweld niet schuwen. De man zou dat eerder duidelijk hebben gemaakt in een Messenger-bericht.
Het slachtoffer hield aan het geweld hoofdletsel en een breuk in de kaakholte over. Hij verbleef een dag in het ziekenhuis. Hij claimt ruim zestienduizend euro voor geleden schade.
Het OM vindt dat de verdachten aan het slachtoffer ruim 2800 euro moeten betalen.