Aantal dagvlinders in Gronings natuurgebied in tien jaar tijd gehalveerd

Een dagpauwoog
Een dagpauwoog © Aart Jan Langbroek
Het aantal dagvlinders in natuurgebied De Tjamme in het Oldambt is de afgelopen tien jaar afgenomen met 52 procent.
Van de achttien dagvlindersoorten laten zeventien een afname zien. Slechts één soort, het Hooibeestje, neemt in aantal toe. Dat blijkt uit tellingen van het Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid (IVN) Bellingwedde en de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging (KNVV) Oost-Groningen.
De reden dat het Hooibeestje wel toeneemt, kan te maken hebben met de toename van vergrassing dat voedsel is voor zijn rupsen.
De aantalsafname van alle 24 vlindersoorten in De Tjamme van 2010-2019. Trendlijn gestippeld (p=0,001) Bron:
IVN en KNNV

De oorzaken

'Er zijn altijd wel variaties in de loop van de tijd, maar er is nu echt sprake van een gestage afname', zegt Aart Jan Langbroek, secretaris KNNV afdeling Oost-Groningen en voorzitter IVN Bellingwedde. Volgens hem zijn er meerdere oorzaken: verlies aan en versnippering van leefgebieden, verzuring en vermesting, onjuist maai- en snoeibeheer, de daling van de grondwaterstand en het gebruik van bestrijdingsmiddelen.

Symbool

Langbroek is bang dat het landschap gaat 'versaaien' door het verdwijnen van 'fraaie vlinders'. 'Maar de vlinder staat ook symbool voor heel veel andere dieren die verdwijnen. Het gaat dan om allerlei soorten insecten, maar ook vogels zijn bijvoorbeeld afhankelijk van vlinders. Het grijpt in het hele ecosysteem in.'
Positief is dat de Grote weerschijnvlinder zich in De Tjamme lijkt te vestigen. Deze vlindersoort kwam daar eerder niet voor. 'Maar', benadrukt Langbroek, 'als meer dan twintig soorten vlinders significant afnemen, is er toch wel iets heel ernstigs aan de hand'.