Leven en werken in de Moesstraat in tijden van corona

Hoe gaan Stadjers om met het coronavirus? We nemen de proef op de som en kijken in een straat met een zeer gevarieerde groep bewoners: de Moesstraat.
'Het valt me zwaar. Afstand houden van mensen gaat helemaal tegen mijn natuur in.'
Behalve gevoelsmens is Patricia Bruintjes ook ondernemer. Elf jaar geleden begon ze pizzeria Patrizia op de hoek van de Moesstraat en de Tuinbouwstraat. Vorige week zondag moest ze noodgedwongen de deuren sluiten voor haar gasten.
'We hebben één geluk, we kunnen nog bezorgen en je kan nog bij ons afhalen, al is dat ook een stuk minder geworden. Maar we missen onze grootste omzetbron: mensen die hier komen eten.'

Belofte aan ondernemers

Het is altijd hard werken geweest in de pizzeria, een familiebedrijf met een sterke buurtfunctie, dat Patricia samen runt met haar twee dochters en twee werknemers in vaste dienst. Haar dochters doen de bediening en zitten voorlopig thuis. Zelf werkt ze zo mogelijk nog harder dan normaal, om de kosten nog enigszins te drukken.
Over de toezeggingen van het kabinet aan ondernemers is Patricia vooralsnog sceptisch. 'Ze willen ondernemers tegemoet komen. Dat is allemaal heel mooi, maar de belofte dat dat binnen drie weken al is, zie ik eigenlijk niet gebeuren. Voordat wij daarvan de vruchten plukken ben je misschien wel kapot. Het spookt telkens door m'n hoofd: overleef je dit?'

Ongebruikte voorraad

Patricia: 'Ik zie door de bomen het bos niet meer. Ik ben een ondernemer, maar wel een kleine. Gelukkig zoekt iemand het financiële deel voor me uit,' zegt ze. 'Maar één ding weet ik wel: langer dan een half jaar zo door ga ik niet redden.'
Ik heb mijn kleinkinderen gezegd: oma komt een tijdje niet meer langs
Patricia Bruintjes - pizzeria-eigenaar
'We hebben nu al dingen moeten weggooien, dat ben je dus al kwijt. In het ergste geval kunnen we nog wat voor de buurt betekenen, want we zitten ook met een ongebruikte voorraad', aldus de restauranteigenaar.
Patricia staat enigszins verweesd in haar lege restaurant. Dagelijks maakte ze vele malen de pinautomaat, de bar en de deurklink schoon. 'Ik neem het heel serieus, zowel in mijn zaak als privé. Ik heb mijn kleinkinderen al gezegd: oma komt een tijdje niet meer langs.'
Henk-Jan Drijvers in de werkplaats van zijn rijwielzaak (Foto:Benno de Jongh/RTV Noord)
Even verderop in de straat zit Rijwielhuis Westerkamp. Henk-Jan Drijvers is ruim vijf jaar zelfstandig eigenaar van de zaak op Moesstraat 52. 'Na de crisis van 2008 is dit de volgende grote uitdaging. Toen bleven mensen fietsen, we zullen zien of dat nu ook zo is.'
Henk-Jan heeft twee mensen in dienst. 'De jongens zitten hoofdzakelijk op de werkplaats achter en ik sta als eigenaar en vliegende keep vooral voor in de winkel. We merken dat er minder reparaties binnenkomen. Veel studenten zijn tijdelijk terug naar hun ouders.'

Diensten afwisselen

Wat doet Henk-Jan om het virus buiten de deur te houden? 'Ik gebruik veel desinfecterende doekjes, bijvoorbeeld om de pinautomaat en deurklink schoon te maken. En natuurlijk bewaren we afstand naar de klanten toe.'
'We hebben geen idee hoelang dit gaat duren. Ik vraag me deze dagen wel af: Moet ik m'n personeel tijdelijk naar huis sturen? Dan gaat het nog niet eens in eerste instantie om het financiële deel, maar omdat een van m'n collega's ook kinderen thuis heeft zitten. Misschien moeten we de komende tijd onze diensten gaan afwisselen.'
Het leven volledig plat leggen zou niet goed zijn
Henk-Jan Drijvers - eigenaar fietsenzaak
'Ik heb zelf thuis een zoon van 14 en twee dochters van 15 en 19 jaar. Mijn vrouw werkt bij de gemeente en moet verplicht thuiswerken, dat scheelt weer. De oudste volgt online colleges en de andere twee krijgen thuisonderwijs. Ze zien het voorlopig nog als een halve vakantie.'

Buffer

Wat vindt Henk-Jan van de landelijke maatregelen? 'Ik heb er vertrouwen in dat het kabinet de beloftes nakomt, maar ze zullen er wel hard aan moeten trekken. De beslissingen tot nu toe zijn prima denk ik. Het leven volledig plat leggen zou ook niet goed zijn.'
Zelfs als dat zou gebeuren heeft Henk-Jan voor eventjes genoeg werk liggen. En hij heeft een behoorlijke buffer, dus zelfs als deze crisis nog een paar maanden aanhoudt, overleeft zijn zaak. Maar eenvoudig is het niet. 'Ik moet de komende tijd kijken wat verstandig is. Dit is toch wel heel heftig. Dit is niet zomaar een griepje.'
Corien Smid voor haar woning op de hoek van de Moesstraat en de Tuinbouwsstraat(Foto:Benno de Jongh/RTV Noord)
'Ik vind het doodeng. Dat mag je best weten.'
De 71-jarige Corien Smid woont al haar hele leven in het huis op de hoek van de Moesstraat en de Tuinbouwstraat, op hetzelfde kruispunt als de apotheek en de pizzeria. Haar ouders hadden daar vroeger een bakkerij. Die verdween, net zoals de meeste middenstand in de loop der jaren uit de straat is verdwenen. Maar Corien bleef.

Buurjongen

Het huis is ze de afgelopen week amper nog uit gekomen. Ja, ze heeft onlangs 'heel voorzichtig' nog wat aarde gehaald bij een tuincentrum buiten de stad voor haar dakterras. 'Ik ga voorlopig niet meer naar de supermarkt. Mijn buurjongen, op wie ik voorheen regelmatig paste, doet nu de boodschappen voor mij. Hij zet het voor de deur en belt dan aan.'
Dit maken we hopelijk maar één keer mee
Corien Smid - schilderdocent
Corien heeft vroeger in het onderwijs gewerkt; ze gaf handenarbeid en tekenen. Nu geeft ze schilderles vanuit haar huis en ook dat is tot nader orde opgeschort. 'Het is half schildercursus en half sociaal werk. Mijn leerlingen vinden het echt vreselijk dat dit ook al niet meer door kan gaan.'
Om daar lachend aan toe te voegen: 'Die cursus is er eigenlijk ook voor mezelf hoor, om maar niet achter de geraniums te hoeven zitten.'

Dakterras

Nu zit ze toch achter de geraniums. Noodgedwongen. Want, zegt ze: 'Hoe meer je er voor jezelf rekening mee houdt, doe je dat ook voor anderen.' En helemaal binnen is ze ook weer niet; ze vult de dagen grotendeels met tuinieren op haar dakterras.
'Het is allemaal best wel heftig. We zijn nu nog gezond, maar toch ook angstig. Het zijn rare, emotionele tijden. Dit maken we hopelijk maar één keer mee.'
De Oekraïnse uitwisselingsstudent Vladyslav Shupylo (Foto:Benno de Jongh/RTV Noord)
In het grote bakstenen pand op Moesstraat 8 is het een lege, stille bedoeling. De helft van de ongeveer veertig internationale studenten uit het huis zijn de afgelopen week teruggegaan naar hun vaderland. Dat was nog voordat de RUG bekendmaakte de colleges tot september op te schorten. 'Nu zal wel zo'n beetje iedereen hier vertrekken', verwacht de 21-jarige Vladyslav Shupylo.

'Lol is eraf'

De uitwisselingsstudent uit Oekraïne woont sinds twee maanden in het SSH-huis, samen met leeftijdsgenoten uit landen als Spanje, Ierland, Kazachstan, Nieuw-Zeeland en Duitsland.
Vlad staat zelf ook op het punt om z'n koffers te pakken. Om te zeggen dat de student Economics and Business aan de RUG zich van het half jaar uitwisseling in Groningen meer had voorgesteld, is een understatement. 'De lol is er wel af. Een beetje vanuit mijn kamer online colleges volgen, daarvoor kom ik niet naar Groningen. Vrienden heb ik hier wel, maar leuke dingen doen samen zoals naar de pub gaan, is er ook niet meer bij.'
In tijden zoals deze wil je terug naar de plek die je het beste kent
Vladyslav Shupylo - uitwisselingsstudent aan de RUG
Hij noemt zichzelf een numbers guy, geobsedeerd door cijfers en statistiek. Dat is ook de reden dat hij zelf niet zo bang is voor het coronavirus. 'De kans dat ik besmet raak is vrij klein en de kans dat ik er aan overlijd, is nog veel kleiner.'

Netflix

Het virus neemt Vlad heus wel serieus, haast hij zich te zeggen. Maar hij vreest toch vooral voor de kwetsbaren, zoals z'n grootouders. Daar zal hij na thuiskomst voorlopig niet te dicht bij in de buurt komen.
Het isolement valt Vlad zwaar. Hoewel hij allerminst zo overkomt, omschrijft hij z'n huidige gemoedstoestand als 'boos en verward'. Het contact met z'n overgebleven huisgenoten beperkt zich sinds ruim een week tot tien minuutjes praten tijdens het koken.
Communicatie, zelfs met huisgenoten, gaat hoofdzakelijk via social media-kanalen als Whatsapp, Facetime of Instagram. Voor het overige spendeert hij z'n tijd aan Netflixen en een beetje studeren.
Eigenlijk wil hij zo snel mogelijk terug naar zijn geboortestad Chernigiv in het noorden van Oekraïne, waar z'n ouders en grootouders wonen. 'In tijden zoals deze wil je terug naar de plek die je het beste kent.'

Bij het maken van dit artikel zijn de richtlijnen van het RIVM gevolgd. Te allen tijde is er minstens twee meter afstand gehouden en de interviews zijn telefonisch afgenomen.

Later verschijnt deel twee van dit tweeluik, waarin nog drie mensen uit de Moesstraat geportreteerd worden.