Woningmarkt in aardbevingsgebied herstelt langzamer dan elders in het Noorden

© Jos Schuurman/FPS (archief)
Hoewel de woningmarkt zich ook in het aardbevingsgebied herstelt, blijft het herstel achter ten opzichte van andere gebieden in Noord-Nederland.
Dat blijkt uit een rapport van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Belangrijke verschillen

Het CBS heeft voor dit onderzoek de ontwikkelingen op de woningmarkt sinds de beving van Huizinge in 2012 onderzocht. De meest recente cijfers zijn van het tweede kwartaal van vorig jaar.
Met name op de plekken in het aardbevingsgebied waar meer dan 55 procent van de woningen met bevingsschade te maken heeft, zijn er belangrijke verschillen ten opzichte van plekken buiten het aardbevingsgebied.

Verkoopprijs steeg minder snel

Sinds de beving bij Huizinge is de verkoopprijs van Noord-Nederlandse woningen buiten het bevingsgebied - het zogeheten 'vergelijkingsgebied' - met zo'n twintig procent toegenomen. In de Groningse gebieden waar meer dan 55 procent van de huizen bevingsschade heeft, is dat slechts dertien procent.
Ook als het gaat om de prijsverhouding (de verhouding tussen verkoopprijs en de oorspronkelijke vraagprijs) loopt de ontwikkeling in gebieden met veel bevingsschade achter. 

Rekenvoorbeeld verkoopprijs

Stel dat een willekeurige woning in het derde kwartaal van 2012 voor 200.000 euro zou zijn verkocht. Dan zou die woning op een andere plek in Noord-Nederland halverwege 2019 voor 240.000 euro zijn verkocht. Dat is een waardestijging van 20 procent ten opzichte van 2012.
In de kern van het aardbevingsgebied had diezelfde woning halverwege 2019 voor 226.000 gekost, een groei van 13 procent. Die groei is substantieel lager dan in het vergelijkingsgebied.

Te koop staande woningen

Het aandeel van woningen die te koop staan daalt in zowel de kern van het bevingsgebied als in het vergelijkingsgebied. Waar in dat vergelijkingsgebied deze daling sinds Huizinge ruim 72 procent is, is de daling in de kern met ruim 65 procent substantieel kleiner.
In gebieden met bevingsschade daalt ook de tijd waarin woningen te koop staan aanmerkelijk minder hard dan in de rest van Noord-Nederland. 

Wel sneller verkocht

Toch is er een verschil tussen de kern van het aardbevingsgebied en een schil met minder bevingsschade daar omheen. Opmerkelijk genoeg staan woningen in de kern beduidend minder lang te koop sinds de beving van Huizinge, dan huizen die meer aan de randen van het aardbevingsgebied liggen. 

Woningmarkt herstelt

Sjirk de Jong van de Nederlandse Vereniging voor Makelaars in Groningen snapt wel waardoor dat komt. Hij ziet tekenen dat de woningmarkt weer wordt zoals hij was vóór de beving bij Huizinge en alle aandacht voor de aardbevingsproblematiek.
'Als je kijkt naar de Woldstreek, dus zeg maar Slochteren, Schildwolde en die hoek, dan waren die gebieden van oudsher meer in trek dan de bijvoorbeeld het noorden van het Hogeland.'
Gebieden die meer van de kern van het aardbevingsgebied vandaan liggen, hebben vaker minder last van aardbevingsschade, maar ze liggen vaak wel in krimpregio's en verder van de Stad vandaan. 'Dat zijn van oudsher al gebieden waar de woningmarkt minder hard gaat.'

Versterking

Dat juist woningen in de kern van het aardbevingsgebied minder lang te koop staan, wordt ook nog eens versterkt door de versterkingsoperatie. Begin dit jaar werd duidelijk dat er een run is op oude woningen die versterkt moeten worden.
'Je ziet dat mensen denken: die oude woning koop ik, want dan weet ik dat ik daar over een jaar of drie een nieuwe woning voor terug krijg', zei De Jong destijds.
Het hele CBS-rapport vind je hier