Deze Dag: Weg naar 'het wereldgebeuren' gaat open

Minister Henk Korthals in de kraanmachine
Minister Henk Korthals in de kraanmachine © Fotobewerking RTV Noord
'Het zuidelijke Westerkwartier kan nu beter meeleven met het wereldgebeuren. Via Groningen met Noord-Duitsland en via Amsterdam met Parijs en Brussel.' We gaan terug naar deze dag in de geschiedenis, 4 juli 1960, de dag dat rijksweg E43 van en naar Friesland werd geopend.
Het zuidelijk deel van het Westerkwartier verbinden met de wereld. Zo duidt commissaris van de Koning Willem Augustijn Offerhaus het leggen van het laatste puzzelstukje van de E43 bij Marum.
Voor de oorlog wordt al een begin gemaakt met de weg die we nu kennen als de A7. Het deel tussen de Afsluitdijk richting Sneek en Heerenveen is in de jaren vijftig af. Daarna verplaatsen de werkzaamheden zich langzaam richting de grens met Groningen. Het traject Heerenveen-Drachten als eerste en daarna één voor één de delen in onze provincie.
Minister van Verkeer en Waterstaat Henk Korthals heeft de eer om op 4 juli 1960 de weg, die dan eigenlijk al een tijdje in gebruik is, officieel te openen bij Marum. Symbolisch is er een hek geplaatst.
Korthals kiest voor grof geweld en verplaatst het laatste hek op de E43 met een kraanmachine. Hij geeft volgens aanwezigen dermate veel gas dat het hek bijna het publiek in vliegt. Niemand raakt gewond en Korthals' missie is geslaagd. Het Wilhelmus klinkt; de weg van de Afsluitdijk naar Stad is officieel geopend.
'Ik hoop dat de rijksweg een steun mag zijn bij de ontwikkeling en ontsluiting van uw gebied', spreekt Korthals tijdens de opening.
De weg, 96 kilometer lang, kost in zijn totaliteit 30 miljoen gulden. De aanleg van het Friese deel kent een prijskaartje van 18,5 miljoen, het Groningse deel kost 11,5 miljoen. De reistijd naar Amsterdam is door de E43 verkort tot 2 uur, mede doordat automobilisten nog maar twee keer door de bebouwde kom komen.
'Ze mogen er heen gaan, graag zelfs wanneer dit voor het gebied ten gunst kan zijn', zegt Offerhaus bij de opening. 'Maar', zo plaatst hij een kanttekening, 'laten ze het niet té leuk vinden, waardoor de mogelijk bestaat dat ze er blijven.'