Garnalenvissers hebben niet te veel gevist in beschermde gebieden

Garnalenvissers aan het werk
Garnalenvissers aan het werk © Steven Radersma/RTV Noord
Garnalenvissers hebben niet te veel gevist in beschermde gebieden in de Waddenzee en Noordzee. Dat schrijft minister Carola Schouten van Landbouw, Natuur en Visserij aan de Tweede Kamer.
Er blijken fouten te zijn gemaakt bij het berekenen van het maximale aantal uren dat zij daar mogen vissen, meldt Omrop Fryslân.

Wat ging er mis?

Er is wel meer gevist dan op papier stond, waarbij er is uitgegaan van het aantal uur dat er in 2015 werd gevist. Maar de berekening van die uren klopte niet en viel veel lager uit. Na een betere berekening door een derde partij hebben de vissers nu veel meer ruimte gekregen om te vissen in beschermde gebieden. Eerder waren dat 187.250 visuren en nu zijn dat er 246.366. Wat ook nog speelde, was dat de registratie van visuren mede door technische problemen niet van de grond kwam.

Seintje

Alleen in de Ooster- en Westerschelde is er in 2017 en 2018 wel te veel gevist. Zoals het nu is geregeld, krijgen sectororganisaties een seintje als 90 procent van de toegestane visuren in een specifiek Natura 2000-gebied zijn opgebruikt. En er wordt een marge van 10 procent aangehouden, omdat het bijhouden van die uren altijd wat achterloopt bij de situatie op het water. Daardoor kan het zijn dat vissers, zonder dat zij het weten, toch langer kunnen doorvissen dan toegestaan.
De minister ziet geen aanleiding voor extra maatregelen voor de beschermde gebieden.