Economie Delfzijl voelt minder coronapijn

De haven van Delfzijl
De haven van Delfzijl © Koos de Wit
De economie in het hele land krimpt, maar de verschillen per regio zijn enorm. Zo springt de omgeving van Delfzijl er in verhouding positief uit met een daling van minder dan zes procent. Daarmee is Delfzijl één van de twee gebieden in het land met de laagste economische krimp in coronatijd.
Ter vergelijking: de afname in 'Overig Groningen' is tussen de acht en tien procent en in de regio Amsterdam tussen de twaalf en veertien procent. Dat blijkt uit groeicijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft gepubliceerd over de economie in de regio’s in het tweede kwartaal van dit jaar.

Stilgelegd

In de eerste maanden van het jaar nam de economie landelijk al af met anderhalf procent. Effecten van de corona-uitbraak in China en later in Italië lieten zich toen al voelen. De crisis brak in alle hevigheid uit, toen hier half maart de economie deels werd stilgelegd.
Dat de omgeving Delfzijl eruit springt heeft volgens Peter Hein van Mulligen, hoofdeconoom van het CBS, meerdere oorzaken. 'Er zijn sectoren die zeer hard getroffen zijn door de crisis. Denk aan de cultuursector, de recreatiesector en de reisbranche. Deze branches zijn in de omgeving van Delfzijl nauwelijks te vinden.'

Industrie krimpt minder hard

De industrie krimpt ook wel, maar minder hard dan andere sectoren, aldus Van Mulligen. Bovendien gaat het om een relatief kleine regio. 'Als er maar een paar bedrijven goed draaien, zie je dat in de cijfers terug.'
Tekst gaat verder onder kaart
Economische groei per regio. Bron: CBS
Economische groei per regio. Bron: CBS

Vitale industrie

En bedrijven die door blijven draaien zijn er beslist, zegt directeur Frans Alting van de Samenwerkende Bedrijven Eemsdelta. ‘De industrie- en chemiebedrijven hier maken producten waar de samenleving niet zonder kan. Het zijn producten die de maatschappij draaiende houden.’
Uiteraard zijn ook de bedrijven in Delfzijl niet ongevoelig voor de invloed van corona. ‘Wanneer de vraag naar auto’s afneemt, voelen we dat hier ook’, aldus Alting.
Het is nauwelijks mogelijk dat er een dag voorbijgaat zonder dat een Nederlander gebruik maakt van chemie uit Delfzijl
Frans Alting - Directeur Samenwerkende Bedrijven Eemsdelta
Maar als geheel is de lokale basisindustrie, bestaande uit ondernemingen zoals Nouryon (zout chloor), BioMCN (methanol) of Teijin (aramidevezel) een redelijk stabiele factor, verklaart Alting. ‘Het zijn bedrijven van vitaal belang. Het is nauwelijks mogelijk dat er een dag voorbijgaat zonder dat een Nederlander gebruik maakt van chemie uit Delfzijl.’

Rampzalig

Tegelijkertijd waarschuwt Alting voor een optimistische kijk op de cijfers. ‘Deze regio komt er relatief goed van af. Maar we doen misschien wel wat gemakkelijk over een krimp van maximaal zes procent. In normale tijden zouden we het rampzalig vinden.’
Directeur Bas Doets van het onderzoeksbureau E & E Advies in Groningen vult Alting aan. ‘Vergeet niet dat de impact van de industrie op de economie veel groter is dan die van de horeca’, zegt hij. Krimpt de horeca fors? Dan is de invloed op de regio als geheel gering, aldus Doets. Gaat de industrie achteruit, dan heeft dat zeker gevolgen voor regionale groeicijfers.

Voortschrijdend inzicht

Het bureau van Doets kwam overigens in juni met voorspellingen die er voor Delfzijl heel anders uitzagen dan de CBS-uitkomsten nu. De hardste klappen zouden in de Eemsdelta vallen, voorzag E & E Advies. ‘We zaten midden in de crisis en voorspellen gebeurde nog tamelijk blind’, verklaart Doets. ‘Ons onderzoek was gebaseerd op gegevens van een grote bank.’
De aanname was dat de chemie hard zou worden getroffen. Aangezien Delfzijl veel bedrijven in die sector heeft, zouden de gevolgen daar groot zijn
Bas Doets - Directeur onderzoeksbureau E & E Advies
Die keek naar in welke mate sectoren waren getroffen en vervolgens naar de omvang van die sectoren in de verschillende regio’s. Doets: ’De aanname was dat de chemie hard zou worden getroffen. Aangezien Delfzijl veel bedrijven in die sector heeft, zouden de gevolgen daar groot zijn.’ Dat de uitkomst anders is, heeft alles te maken met ‘voortschrijdend inzicht’, verklaart Doets.

Oost-Groningen

Ook de regio Oost-Groningen boert minder hard achteruit dan veel andere landsdelen. De omvang van de economie is er tussen de zes en acht procent afgenomen. Dat de krimp er iets minder hevig is, komt door de relatief omvangrijke landbouwsector in die regio. De landbouw is als voedselproducent en leverancier van basisingrediënten voor de industrie minder gevoelig voor schommelingen in de conjunctuur.
Ook is het mkb in die regio wat minder exportgericht. Bedrijven die veel exporteren voelen de crisis sterker.
Landelijk bedroeg de krimp in het tweede kwartaal 8,5 procent.