Twee jaar langer onderzoek naar generatiearmoede in Veenkoloniën

Een kind in armoede (foto ter illustratie)
Een kind in armoede (foto ter illustratie) © ANP
De Rijksuniversiteit Groningen gaat twee jaar langer onderzoek doen naar generatiearmoede in de Veenkoloniën. Het onderzoek spitst zich toe op het beleid en de verschillende aanpakken om mensen uit de armoede te helpen.
Families die generaties lang in armoede leven, doen doorgaans minder mee in de maatschappij. Ze hebben minder vaak een baan, doen minder vaak aan vrijwilligerswerk en ze leven meer geïsoleerd. Dat heeft weer negatieve effecten op de gezondheid van dergelijke families.

Eerste en tweede deel

Het eerste deel van het onderzoek naar generatiearmoede startte in 2017. Dat onderzoek gaf inzicht in hoe armoede ontstaat, hoe families dat ervaren en hoe armoede generaties lang in een familie blijft bestaan. Met de uitkomsten hopen gemeenten in de Veenkoloniën beleid te maken om mensen uit de armoede te helpen.
In de tweede fase kijken de onderzoekers van de Rijksuniversiteit met name naar het verbeteren van de effectiviteit van maatregelen die worden genomen. Er wordt ook onderzocht of en hoe burgerinitiatieven er toe kunnen bijdragen dat meer mensen die in armoede leven worden opgespoord. Het beleid van de bij het onderwerp betrokken partijen wordt ook onder de loep genomen.

Echt meedoen in de samenleving

De provincies Groningen en Drenthe betalen het onderzoek. 'We verwachten dat de resultaten van dit onderzoek een belangrijke bijdrage leveren aan het doorbreken van overerfbare armoede', zegt gedeputeerde Tjeerd van Dekken (PvdA). 'Het is voor ons heel belangrijk dat iedereen echt mee kan doen aan de samenleving.'