Detailhandel: 'Liever mondkapjesplicht dan dringend advies'

De detailhandel in onze provincie staat niet te springen om een mondkapjesplicht, maar heeft dat wel liever dan een al dan niet dringend ‘mondkapjesadvies’. ‘Anders moet ik bij elke klant weer die discussie gaan voeren.’
De Tweede Kamer bleek woensdag in meerderheid voor mondkapjesregels, ook in winkels en horeca. En dan ook meteen in heel Nederland, zonder regionale uitzonderingen. Het kabinet heeft die wens meteen gehonoreerd in de vorm van een ‘dringend advies’ om in publieke ruimtes een mondkapje te dragen. Hoe dat precies uitpakt, maakt premier Rutte vrijdag bekend, want hij geeft toe dat er nog vele vragen te beantwoorden zijn.

'Gelijke monniken, gelijke kappen'

Voorzitter Erik Bos van de Groninger City Club (GCC) hoopte juist op een verplichting: ‘Wij pleiten als retailorganisatie voor een mondkapjesplicht in de winkel. Dat is duidelijk en mensen houden zich er dan aan. Je ziet nu dat sommige ketens in de Randstad er speciaal beveiligers voor inhuren om het publiek erop te wijzen, terwijl andere winkels dat nalaten. Dan heb je geen gelijk speelveld meer. We willen ‘gelijke monniken, gelijke kappen’.'
We kunnen ons niet permitteren om te wachten tot het effect van een mondkapje bewezen is
Erik Bos - Groninger City Club
Hij wijst op Duitsland en Italië, waar zo’n mondkapjesplicht allang is ingevoerd en waar het aantal coronabesmettingen beduidend lager ligt dan in Nederland. ‘Toen ik in de zomer in Italië was, merkte ik dat niemand het een punt vindt. Als je een winkel of een horecazaak binnenstapt, doe je een mondkapje voor. En zo’n dertig procent houdt dat op straat op. We kunnen ons niet permitteren om te wachten tot het effect bewezen is. Je kunt de bewijslast ook omdraaien: er is nooit vastgesteld dat het niet werkt.’

Hornbach

De Hornbach is een voorbeeld van een landelijke keten die van zijn klanten mondkapjes verwacht. Daarmee is nog niet gezegd dat zij die ook gaan dragen. Klanten van de Groningse Hornbach vertellen, eenmaal buiten, dat ze er niet op worden aangesproken. Zo zegt de één: 'Ik heb geen mondkapje op gehad in de winkel. Ik heb een beetje last als ik iets voor m'n mond heb, dan is ademen moeilijk en dat is niet prettig. Het is niet verplicht, maar als het moet dan doe ik het, anders kom ik niet binnen'.
Ik heb er altijd eentje bij me. Dit is veel beter, anders wordt het een puinhoop.
Klant van Hornbach in Stad
Een ander droeg wel een mondkapje, omdat hij dat altijd doet in de winkel. ’Ik heb er altijd eentje bij me. Dat is veel beter, anders wordt het een puinhoop. Als het zo doorgaat, gaat het helemaal mis en dan krijgen we misschien wel weer een lockdown. Je moet je gewoon aan de regels houden, dan is er niks loos.'
Winkelkarretjes in de Hornbach worden gedesinfecteerd
Winkelkarretjes in de Hornbach worden gedesinfecteerd © RTV Noord

'Wij zijn kruideniers, geen BOA's'

De Albert Heijn in Winschoten handhaaft nog altijd de regels zoals die in het begin van de coronacrisis zijn vastgesteld. Eén karretje per klant, dat steeds na het winkelen ontsmet wordt. Ook de anderhalve meter afstand wordt er nog altijd bewaard. Bedrijfsleider Erik Boskamp zit er niet op te wachten om een eventuele mondkapjesplicht in zijn zaak te handhaven.
Duitsers vinden blijkbaar dat ze met een mondkapje veilig zijn, want ze komen veel te dichtbij
Erik Boskamp - Bedrijfsleider Albert Heijn Winschoten
‘We zijn kruideniers, geen BOA's of politieagenten. Maar als het verplicht wordt, zullen we wel moeten. Zolang het een advies is, gaan we mensen er niet op aanspreken. De medewerkers zelf zien er ook erg tegenop om een mondkapje te dragen.’
In zijn zaak komen veel Duitsers, die allang gewend zijn aan het dragen van een mondkapje. Maar die houden zich dan weer niet aan de Nederlandse afspraken, vertelt Boskamp. ‘Ze vinden blijkbaar dat ze met een mondkapje veilig zijn, want ze komen veel te dichtbij, zodat je zelf dan weer afstand moet bewaren en vaak gaan ze met een hele groep de winkel in. Begrijpelijk, want ze zijn een dagje uit, maar we verzoeken ze dan toch om met één of hooguit twee mensen en dus ook twee karretjes de winkel in te komen.

'Wassen of weggooien?'

Heleen van Dijk, mede-eigenaar van bakkerij Rob van Dijk, met twee filialen in Stad, wil zich goed voorbereiden op een eventuele mondkapjesverplichting. ‘Ik ben er de hele dag al mee bezig. Want wat voor mondkapjes moet mijn personeel dragen? Katoenen mondkapjes moet je elke dag zelf wassen, dus dat is weer een taakje erbij, maar wegwerpkapjes zijn veel duurder. Sowieso is het voor ons personeel niet prettig om soms tien uur achter elkaar zo’n kapje op te hebben en een paar mensen willen dat ook niet. En zelf hou ik graag een goede band met mijn personeel.’
Ik heb geen zin om elke keer de discussie te voeren met klanten met complottheorieën of andere redenen om geen mondkapje te dragen
Heleen van Dijk - Bakkerij Rob van Dijk
Wat haar betreft komt er een duidelijke mondkapjesverplichting en blijft het niet bij een advies. ‘Bij alleen een advies heb ik helemaal geen mogelijkheden om iets te handhaven, dan zou ik een beveiliger voor de deur moeten hebben. En dan elke keer de discussie voeren met klanten met complottheorieën of andere redenen om geen mondkapje te dragen. Als het verplicht wordt, ga ik ervan uit dat mensen zich er ook aan houden en wie dat niet wil, moet zijn mond maar houden.’

'Winkels kunnen hier prima mee uit de voeten'

De Groningse hoogleraar algemene rechtswetenschap Jan Brouwer denkt daarentegen dat zo’n advies meer dan genoeg is. ‘En verplichting zou alleen kunnen als er een coronawet ligt, maar waarom zou je het hier niet bij laten? Winkels hebben nu toch ook al huisregels die niet ter discussie staan? Daar kunnen ze de mondkapjesverplichting gewoon aan toevoegen. Het dringende advies om geen handen te schudden wordt ook opgevolgd. Als je er een beetje bij wil blijven horen, geldt dat ook voor het dragen van een mondkapje.’