Poëziealbum Joods meisje na 75 jaar openbaar: 'Vergeet mij niet'

Links een fragment uit het album, rechts Jetta Slager
Links een fragment uit het album, rechts Jetta Slager © Stichting Folkingestraat Synagoge
Ruim 75 jaar nadat ze het in bewaring gaf aan een vriendin, is het poëziealbum van het Joodse meisje Jetta Slager uit Winschoten openbaar gemaakt. Dat gebeurde nadat het werd geschonken aan de Stichting Folkingestraat Synagoge in Groningen.
Het album staat vol met gedichtjes van vooral Joodse klasgenootjes van Jetta. De klasgenootjes komen uit de hele provincie. Het album werd vanaf 1938 gevuld met versjes.

In 1943 gedeporteerd

Jetta Slager werd in 1943 gedeporteerd naar Westerbork en uiteindelijk Sobibor. Vlak voor ze werd afgevoerd, gaf ze het album in bewaring bij haar vriendin en plaatsgenoot Alie Prak. Jetta kwam nooit terug en Alie koesterde het album tot aan haar dood in 2020.
Een fragment uit het poesiealbum
Een fragment uit het poesiealbum © Stichting Folkingestraat Synagoge in Groningen.
Edwald Davelaar, de zoon van Alie, schonk het album onlangs aan de Stichting Folkingestraat Synagoge in Groningen. Ter gelegenheid van de Internationale herdenkingsdag voor de Holocaust (woensdag 27 januari) en de Nationale Holocaust Herdenking (zondag 31 januari) wordt het versjesboek nu openbaar gemaakt.

Waarschijnlijk van een oom en tante gekregen

Jetta Slager werd in 1925 in Winschoten geboren, als dochter van Louiza Bargeboer en Bernard Slager. Ze woonde aan er aan de Liefkensstraat 45 met vader (die in 1941 overleed), moeder en zusje.
Het poesiealbum kreeg ze waarschijnlijk in 1932 van een oom en tante. Pas zes jaar later liet ze het album rondgaan. Haar ouders schreven sindsdien gedichtjes en versjes, net als haar opa en oma, neefjes, nichtjes en vriendinnetjes.

Ze schreef er zelf ook in

Jetta schreef er zelf ook in haar album:
Dit boek behoort aan mij
Zolang ik heb te leven
Henriëtte is mijn naam
Door ouders mij gegeven
Slager is mijn fam
Van ouderlijke stam
Winschoten is de plaats
Waar ik ter wereld kwam.
Op 6 mei 1938, 13 jaar. Winschoten.

Getekende davidster als verfraaiing

In 1941 ging Jetta naar de Joodse ULO in Groningen. Daar schreven klasgenootjes uit de hele provincie in haar album. Opvallend is dat de gedichtjes sindsdien niet meer zijn versierd met plakplaatjes, maar zijn verfraaid met een getekende davidster.
Jetta werd op 17 maart 1943 met haar moeder en zusje afgevoerd naar vernietigingskamp Sobibor. Daar zijn ze direct na aankomst vermoord.