Veertig jaar getrouwd én duo in de gemeenteraad
De spreekwoordelijke vlag ging vorig jaar uit in Stadskanaal. Erik Bieze en Ineke Norder vierden dat ze veertig jaar getrouwd waren. Sinds 2018 hebben ze een nieuw gedeeld hoofdstuk in hun huwelijk: het raadslidmaatschap.
Ze zijn huwelijkspartners, zakenpartners in de wereld van webwinkels en sinds een kleine drie jaar ook nog eens samen raadslid voor GemeenteBelangen Stadskanaal: Erik Bieze en Ineke Norder hebben een volledig leven samen. ‘En dat gaat nog altijd goed’, lacht Erik Bieze.
'Het werd tijd dat Stadskanaal ook een lokale partij kreeg'
Hij is sinds 1994 raadslid in Stadskanaal, eerst vier jaar voor D66. Als hij niet wordt herkozen in 1998 richt hij in 2001 GemeenteBelangen Stadskanaal op. Samen met een aantal teleurgestelde PvdA-leden.
‘Het was de tijd van Pim Fortuyn en lokale partijen waren in opkomst’, zegt hij daarover. ‘Wij dachten: alle gemeenten in de omgeving hebben al zo’n partij. Het wordt tijd dat Stadskanaal er ook een krijgt.’
Erik op de voorgrond, Ineke op de achtergrond
Jarenlang voerde Bieze het woord over het sociaal werkvoorzieningsschap, de pijn van het verdwijnen van Philips, het belang van werkgelegenheid en de waarde van het Refaja Ziekenhuis voor Stadskanaal. Ineke was lid, betrokken en zat geregeld op de publieke tribune.
Sinds 2018 doen Erik en Ineke het zoals gezegd samen. Erik, die tussen 2010 en 2014 wethouder was, wat meer op de voorgrond en Ineke levert op de achtergrond input. En ze stuurt hem bij als dat moet.
‘Als Ineke het ergens niet mee eens is, geeft ze zeker tegengas. Als ze met goede argumenten komt, luister ik daar natuurlijk naar’, zegt Erik.
‘Nou, dan moeten dat wel heel goede argumenten zijn’, lacht Ineke.
Hopen op nog een raadsperiode
Ze hebben er plezier in, zo met z’n tweeën. Wanneer de kiezer het hen gunt, gaan ze in 2022 nog een periode samen in de gemeenteraad zitten. ‘En na die periode ben ik 69, dan is het mooi geweest’, stelt Erik Bieze.
Dat duurt echter nog een tijdje. Deze maandagavond loggen ze opnieuw digitaal in om met 21 collega-raadsleden te vergaderen. Het is handig, maar echt leuk is het niet, vinden ze.
‘Ik mis het contact, de bitterballen na afloop en de onderlinge contacten. Dat hoort allemaal bij het raadslidmaatschap. Hopelijk keert dat snel weer terug.’