Column: Voorwaardelijke opzet

Willem van Reijendam
Willem van Reijendam © RTV Noord
Stel dat er, ergens in Loppersum, in de afgelopen jaren nou wél een wiebelige schoorsteen van een murw geschud huis op een spelend kleutertje gevallen was, zou de NAM zich dan wél moeten verantwoorden voor de strafrechter? Maakt een ongeluk, vanuit zijn kleine hoekje, het verschil tussen schuld en onschuld?
Het Openbaar Ministerie maakte vrijdag bekend dat het de NAM niet strafrechtelijk wil vervolgen voor het in levensgevaar brengen van Groningers. Volgens het OM heeft het verzwakken van de huizen, als gevolg van de gaswinning, nooit geleid tot levensgevaarlijke situaties. Die wiebelige schoorsteen is er dus nooit geweest, althans niet op dezelfde plaats en tijd als het spelende kleutertje, althans, het OM heeft die schoorsteen na drie jaar onderzoek en 11.000 pagina’s proces-verbaal niet kunnen vinden. De NAM is strafrechtelijk bijna off the hook (de rechter kan het OM nog dwingen om alsnog vervolging in te stellen) en dat noemt directeur Johan Atema begrijpelijkerwijs ‘goed nieuws’.
Niemand zal hebben gedacht dat de NAM grijnslachend aan de gaswinning begon met de kwaadaardige opzet om schoorstenen op spelende kleutertjes te laten vallen. Maar de schade die de bevingen veroorzaakten, is lange tijd door het bedrijf ontkend en de scheuren in de muren hebben jarenlang geen invloed gehad op de omvang van de gaswinning. Geen boze opzet, maar wel onverschilligheid voor de gevolgen. Voorwaardelijke opzet, zou je denken. Maar goed, als het OM geen bewijs kan vinden en als de rechter zich daarin kan vinden, komt er geen strafzaak. Het legioen juristen van de NAM kan zich dan helemaal concentreren op de reeks civiele zaken die het bedrijf nog te wachten staan.
Wie, door onvoorzichtigheid, weleens op een haar na een fietser heeft gemist, wordt nog een poosje achtervolgd door die ene seconde. Dat het goed is afgelopen, wil nog niet zeggen dat je het jezelf meteen vergeeft. Je zult mogelijk boete willen doen door voortaan, nou ja, gedurende een paar weken dan, af te remmen voor oranje en vijftig te rijden waar je ook makkelijk zeventig kunt. Na een tijdje vervaagt de herinnering aan die bijna-aanrijding en is deze louterende zelfkastijding weer voorbij.
Maar een bedrijf heeft geen hoofd waar iets doorheen spookt en de NAM zal zich wel wachten om aan zelfkastijding te gaan doen of anderszins te laten merken dat het reuze is geschrokken en eigenlijk opgelucht dat er geen (althans geen directe) doden te betreuren zijn door de gaswinning. Wie blijk geeft van een schuldgevoel, laadt die schuld ook op zich, zowel juridisch als moreel. Als Jozef K. zijn schouders had opgehaald over die ‘Verhaftung’ op bladzijde 1, was Der Prozess aanmerkelijk korter geweest.
Eigenlijk is de NAM dan ook beklagenswaardig. Ze kan uit haar aard geen schuld bekennen en dus ook niets uitboeten. Hooguit tot vervelens toe sorry zeggen voor alle ellende die wél onomstotelijk vaststaat: de schade, het gevoel van onveiligheid, de ziekmakende ergernis, de waardedaling en het bureaucratische moeras waarin de Groningse gedupeerden zijn beland. Het bedrijf is misschien beter af als er wél een louterende strafzaak komt, ook als het daarbij wordt veroordeeld voor zijn onvoorzichtigheid. Dan kunnen we daarna samen opgelucht ademhalen dat alle spelende kleuters het tot nu toe hebben overleefd.