Raad van State drukt op pauzeknop bij uitbreiding windpark bij Delfzijl

De uitbreiding van windpark Delfzijl Zuid gaat voorlopig niet door. De Raad van State heeft woensdag geoordeeld dat er vanwege Europese regelgeving meer milieuonderzoek nodig is voor de bouw van nieuwe windparken in Nederland.
Door dat besluit is de vergunning voor de uitbreiding nog niet definitief en kan de bouw van zestien nieuwe turbines niet beginnen.

Uitspraak Europese Hof geldt ook voor Nederland

Volgens de hoogste bestuursrechter moet er voor nieuwe windparken een milieubeoordeling worden gemaakt. Dat besluit volgt na een uitspraak van het Europese Hof vorig jaar. Dat bepaalde dat er voor een nieuw windpark in België meer milieuonderzoek moet komen.
Dat geldt volgens de Raad van State dus ook voor parken in Nederland. Het kabinet moet aan de slag met zo'n nieuwe milieubeoordeling.

Ontsnappingsroute

Dat betekent niet dat de uitbreiding van het windpark bij Delfzijl nu van de baan is. Volgens de Raad van State is er een ontsnappingsroute. De gemeente Eemsdelta kan zelf normen stellen voor bijvoorbeeld slagschaduw en lawaai. Daar moet de gemeenteraad binnen een halfjaar een besluit over nemen, waarna de Raad van State er opnieuw naar kijkt.
'Pas dan zal blijken of het de toets der kritiek zal doorstaan. Het is niet uitgesloten dat het park er zal komen, maar er ligt wel een hele klus', laat een woordvoerder van de Raad van State weten.
De gemeenteraad van Eemsdelta heeft een voorstel hierover woensdagavond op de agenda staan. Omwonenden hebben raadsleden een brief gestuurd waarin zij vragen om daar tegen te stemmen.

Bromtonen en slagschaduw

De zaak is aangespannen door omwonenden uit onder meer Wagenborgen en Nieuwolda. Ze hebben zich verenigd in de stichting Oldambt Windmolenvrij. De bewoners verzetten zich tegen de uitbreiding van het park vanwege geluidsoverlast, bromtonen en slagschaduw. Ook vinden ze dat er al te veel windmolens in het gebied staan.
De bezwaarmakers vonden dat de Europese richtlijnen ook voor dit windpark moeten gelden. Daarin hebben ze dus gelijk gekregen van de Raad van State.

Eerder al tegengehouden

De Raad van State deed eind 2018 ook al een uitspraak in deze zaak. De hoogste bestuursrechter zette toen een streep door de plannen, omdat omliggende huizen te veel last zouden krijgen van slagschaduw en lawaai.
De ontwikkelaars hadden zeventien huizen in het plan aangemerkt als 'bedrijfswoning'. De bewoners daarvan zouden een bedrijfsmatige link hebben met het windpark. Voor die woningen gelden minder strenge normen voor slagschaduw en geluid. Maar volgens de Raad van State ging die vlieger niet op. De bedrijfsmatige link is niet aangetoond, waardoor daar de gewone, wettelijke normen voor slagschaduw en geluid voor gelden.
De ontwikkelaar heeft de afgelopen jaren de plannen aangepast door huizen op te kopen en een stillere rotor te gebruiken. De gemeente en provincie hebben vervolgens opnieuw de vergunning verleend en het bestemmingsplan aangepast. Dat was reden voor omwonenden om nogmaals naar de hoogste bestuursrechter te stappen.