Minister Grapperhaus over aanslag: 'Spreek mensen aan die vijandig doen tegen journalisten'
Grapperhaus: 'Iedereen moet zijn verantwoordelijkheid nemen'
Demissionair minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid noemt de aanslag op journalist Willem Groeneveld 'schokkend'. Volgens hem is een 'zeer lik-op-stukbeleid' nodig om toekomstig geweld tegen journalisten te voorkomen.
Grapperhaus reageert vanuit Den Haag op de molotovcocktails die afgelopen nacht bij het huis van Groeneveld en diens vriendin naar binnen zijn gegooid. Het stel wist het vuur snel te blussen en bleef ongedeerd.
De journalist laat in een reactie weten dat 'het echt om een aanslag ging'. 'Mijn vriendin en ik zijn erg geschrokken. Maar we zijn ongedeerd en maken het naar omstandigheden goed.' De politie heeft nog geen verdachten opgepakt, maar het onderzoek is nog in volle gang.
'Walgelijk dat zijn privégegevens zijn gepubliceerd'
Donderdagochtend heeft Grapperhaus naar eigen zeggen direct contact gehad met burgemeester Koen Schuiling. 'En laat ik dit zeggen: de politie zit er bovenop.' Naast de aanslag noemt de minister het 'walgelijk' dat privégegevens van Groeneveld op internet zijn gepubliceerd.
Dat gebeurde afgelopen juni door de eigenaar van vastgoedbedrijf Havos, waarop Groeneveld bij de politie aangifte deed van intimidatie. Het bedrijf heeft zich donderdag 'volledig gedistantieerd van dit soort acties cq aanslagen.'
Groeneveld stond in nauw contact met politie
Vanwege de intimidaties aan zijn adres heeft Groeneveld naar eigen zeggen een kort lijntje met de politie. In een vorige week gepubliceerd artikel in tijdschrift Villamedia zegt hij daar het volgende over:
‘Ik heb een aangewezen agent met wie ik in nauw contact sta. Er wordt vaker in de straat gepatrouilleerd en ik heb een afspraak op locatie. Dat houdt in dat als ik vanuit huis met 112 bel ze in de meldkamer meteen zien wat de voorgeschiedenis is. Ook vanuit de werkgever worden er maatregelen getroffen, maar daar kan ik niet over uitweiden, behalve dat het gaat over de veiligheid van onze woning.’
Vanwege de intimidaties aan zijn adres heeft Groeneveld naar eigen zeggen een kort lijntje met de politie. In een vorige week gepubliceerd artikel in tijdschrift Villamedia zegt hij daar het volgende over:
‘Ik heb een aangewezen agent met wie ik in nauw contact sta. Er wordt vaker in de straat gepatrouilleerd en ik heb een afspraak op locatie. Dat houdt in dat als ik vanuit huis met 112 bel ze in de meldkamer meteen zien wat de voorgeschiedenis is. Ook vanuit de werkgever worden er maatregelen getroffen, maar daar kan ik niet over uitweiden, behalve dat het gaat over de veiligheid van onze woning.’
Geen geweld tegen journalisten
Volgens de minister is een 'zeer lik-op-stukbeleid' nodig om herhaling van geweld tegen journalisten te voorkomen. Maar dat is niet alles. Ook in de samenleving zelf moet iets veranderen, vindt hij.
Wees blij dat we vrije journalistiek hebben. Ook als dat heel kritisch ten opzichte van jezelf is
'Het moet echt nog eens heel duidelijk zijn dat wij in Nederland een vrije rechtsstaat zijn, waarin journalisten gewoon hun werk moeten doen en niet beperkt worden door mensen die ze bedreigen of, nog erger, geweld tegen ze inzetten.'
'Vrije journalistiek hebben we hard nodig'
Grapperhaus noemt dat 'een norm die we allemaal uit moeten dragen'. 'Ik kan dat wel als minister zeggen, maar je moet anderen er ook op aanspreken als je merkt dat ze vijandig doen tegen journalisten. Ze horen bij onze samenleving. Wees blij dat we vrije journalistiek hebben. Ook als dat heel kritisch ten opzichte van jezelf is. Tegen iedereen die er moeilijk over doet, zeg ik: vrije journalistiek hebben we hard nodig.'
