'Stel teler die meedoet aan wietproef en wacht op markttoegang, schadeloos' (update)

Wiettelers die deelnemen aan het wietexperiment en nu wachten om de markt op te kunnen, moeten schadeloos worden gesteld. Dat zegt burgemeester Paul Depla van Breda tegen het KRO-NCRV programma Pointer. Breda is net als Groningen één van de tien deelnemende gemeenten aan het experiment.
Sommige wiettelers die mee mogen doen aan het experiment, lopen voor op de anderen vanwege de selectieprocedure. Enkelen zitten nog in de Bibob-procedure, waarin hun integriteit wordt getoetst.
Ons is beloofd dat we voor het eind van het jaar duidelijkheid hebben
Modelkwekers
Dit geldt bijvoorbeeld voor modelkwekers John en Ines Meijers uit Oldambt. ‘We zitten in de afrondende fase’, zegt John Meijers. ‘Ons is beloofd dat we voor het eind van het jaar duidelijkheid hebben.’
Meijers is helemaal klaar om aan de slag te gaan. ‘De vergunningen voor de bouw zijn rond. Er zijn ook deelnemers die nog een locatie moeten aankopen, waarna ze alle vergunningen nog moeten regelen.’
‘Het duurt sowieso allemaal heel lang’, vindt Meijers. ‘Hoe lang is het wel niet geleden dat de wietproef werd aangekondigd? Dat was in 2017. We zitten nu bijna in 2022. Het is alleen maar mooi dat hier nu aandacht voor is. Hopelijk wordt er weer even druk op gezet.’
Gelijktijdig leveren
Ook André Knottnerus, de voorzitter van de voormalige adviescommissie wet gesloten coffeeshopketen, vindt het cruciaal voor het slagen van het experiment dat telers gelijktijdig kunnen leveren aan de coffeeshops. 'Als men langer bepaalde investeringen in de lucht moet houden die zich niet terugbetalen, dan moet je oplossingen vinden en misschien ook de beurs trekken.'
Tien gemeenten en tien telers
Tijdens het experiment gesloten coffeeshopketen, oftewel het wietexperiment, verkopen alle coffeeshops in de tien deelnemende gemeenten gedurende vier jaar de gereguleerde, op kwaliteit gecontroleerde wiet en hasj. Deze wordt geproduceerd door maximaal tien geselecteerde telers.
Dit bericht is aangevuld met een reactie van wietteler John Meijers.