Oliebollenbakkers missen klanten en omzet: 'Ik kan wel janken'

Remco Flantua staat alleen in de oliebollenkraam langs de Peizerweg in Groningen. Hij heeft zicht op een bouwwinkel en een tuincentrum. Maar die zijn gesloten en alleen open voor click & collect bestellingen. En dus is de parkeerplaats zo goed als leeg. ‘Het is een dooie boel.'

'Normaal sta ik hier met drie of vier man en staat er een rij voor de kar, nu is het leeg. De plek is normaal gesproken ontiegelijk goed! Dit komt puur door de lockdown. Het is heel triest, ik kan wel janken', zegt Flantua.

Aan de andere kant van de stad staat Elleke Dauphin met haar kraam op een parkeerplaats bij een bouw- en tuincentrum. Daar staat ze al negen jaar met plezier, alleen de laatste twee jaren zijn vanwege lockdowns moeilijk. 'Deze week loopt het normaal storm, maar dit jaar niet. Ons omzetverlies is groot. Gelukkig weten vaste klanten mij te vinden', zegt Dauphin. Ook krijgt ze af en toe een klant die een online bestelling komt ophalen bij de bouwmarkt.

'We missen nu echt de mensen die een impulsaankoop doen. En dat zijn er veel. Die ruiken de oliebollen en willen er dan één kopen', legt Dauphin uit. Ze vindt het ondernemen momenteel zwaar. 'In de zomer sta ik op kermissen, maar dat waren er ook een stuk minder dan normaal. Het waren er 7 en normaal zijn het er meer dan 20.'

Ook Remco Flantua baalt van de slechte omzet. Hoe hij zichzelf bezighoudt? ‘Ik heb net poedersuikerzakjes gemaakt, maak schoon en zit af en toe een beetje naar de lege parkeerplaats te kijken. Dat is triest. Soms zie je een auto en denk je: ik heb een klant! Maar dan haalt die persoon alleen iets op bij de bouwmarkt. Dan heb je weer niemand.’

Zowel Dauphin als Flantua merken dat sommige vaste klanten hen nog wel weten te vinden. Eén van Flantua’s vaste klanten heeft met hem te doen. ‘Ik vind het zo jammer dat alles dicht is. Juist voor deze mensen die het toch van dit seizoen moeten hebben.’

Ze is speciaal omgereden voor haar vaste oliebollenbakker. ‘Ik ben een kwartier extra onderweg om even langs Remco te gaan. Maar ik heb mijn bollen!’