Deze dag: Helmantel schildert in het Rembrandthuis

Henk Helmantel aan het werk in het Rembrandthuis
Henk Helmantel aan het werk in het Rembrandthuis © RTV Noord
Terwijl hij aan het werk is in het prachtig gerestaureerde Rembrandthuis in Amsterdam, kijkt een trouwe schare (vrouwelijke) fans hem de hele dag op de vingers. ‘Je proeft hier de 17e eeuw’ zegt Henk Helmantel, als hij op uitnodiging twee stillevens in het atelier van Rembrandt maakt. Hij gaat aan de slag op deze dag, 29 januari 2000.
Cunera van Selm maakt een televisiereportage, terwijl Helmantel bezig is met een stilleven dat niet zozeer de geest van Rembrandt ademt, maar veel meer die van Vermeer. Ze laat dat in haar reportage zien aan de hand van enkele beroemde werken van de meester uit Delft. Opmerkelijk, want Helmantel is in eerste instantie toch vooral een groot bewonderaar van Rembrandt.
‘Het was puur toeval’, herinnert Helmantel zich, als ik hem er deze week naar vraag. Op die eerste schilderdag in het atelier van de grote meester, voelt hij zich meteen thuis. Het huis staat aan de Jodenbreestraat. Rembrandt werkte en woonde er tussen 1639 en 1658. Op die eerste vroege ochtend in dat atelier vindt Henk het er behoorlijk benauwd. Hij zet daarom een raam open.
Vanaf dat moment is een 17e eeuws venster van het Rembrandthuis, ineens een essentieel onderdeel van zijn stilleven geworden: ‘dat raam kwam ineens het schilderij binnen.’ Het doet meteen sterk denken aan composities van Johannes Vermeer. Ook de kleurstelling wordt bijna als vanzelf sterk naar diens palet getrokken.
‘Eindelijk gerechtigheid’, opent Bram Hulzebos in het Nieuwsblad van het Noorden zijn verhaal op deze dag in de geschiedenis, dat gaat over de tentoonstelling van Helmantel die te zien is in het gerestaureerde Rembrandthuis in Amsterdam. De schilder zelf gaat ook nog aan het werk in het atelier van de grote meester die hij zo bewondert.
Een schare trouwe fans – uitsluitend vrouwen - kijkt dagelijks ademloos toe, hoe Helmantel de compositie opzet en steeds verder uitwerkt. ‘Ik had me op dat publiek voorbereid. Zat met mijn rug naar ze toe en deed of ze er niet waren. Maar op gezette tijden draaide ik me om en gaf uitleg over waar ik mee bezig was. Dat werd zeer op prijs gesteld.’
De dorpsjongen Helmantel voelt zich op zijn plaats in het Rembrandthuis in de grote stad. Ook al omdat hij dagelijks het carillon van de Zuiderkerk hoort. Het doet hem in de verte aan Westeremden denken, zegt hij in gesprek met Cunera van Selm.
In het Nieuwsblad legt hij aan Bram Hulzebos uit, dat het schilderen van mensen niet zijn grootste kracht is. Helmantel vertelt daarbij het verhaal van een ongelovige galeriehoudster ‘die mij als gereformeerde jongen toch accepteerde om te exposeren.’ Haar motief: ‘die kerken van jou bevallen me heel goed Henk, want ze zijn allemaal leeg.’
Twee weken lang schildert Henk Helmantel in dat prachtig gerestaureerde pand in het atelier waar Rembrandt van Rijn bijna twintig jaar lang zijn meesterwerken schilderde. Een bijzondere ervaring, ‘je voelt het gewoon, die atmosfeer. Dat is toch het huis van de grote meester. Zijn werkplaats. Wat een eer om daar te mogen werken.’
Rembrandt volgde de Italiaanse meester Caravaggio en zette de volgende stap in de ontwikkeling van het clair-obscur principe, de werking van licht en donker op een schilderij. ‘En u wilt hem weer verbeteren?, vraagt Bram Hulzebos in het Nieuwsblad. ‘Dat kan niet’, antwoord Henk Helmantel resoluut op deze dag in de geschiedenis, 29 januari 2000: ‘het absolute meesterschap is niet te overtreffen’.
De reportage van RTV Noord waarin Cunera van Selm een bezoek brengt aan het oude atelier van Rembrandt, waar op dat moment Henk Helmantel aan het werk is:
Henk Helmantel als oude meester in het Rembrandthuis