Warffum helpt Oekraïense vluchtelingen: 'Hier past alleen een mild en open hart'

Iedere twee dagen komt boer Bert Berghuis met een auto vol eten voorrijden bij zorgcentrum Warfheem in zijn dorp. Hij levert er voedsel af voor de zeventig gevluchte Oekraïners die daar wonen.
'Ik wil graag onze producten ter beschikking stellen: aardappels, wortels en uien, alles van ons eigen land in Westernieland. De nood is ten hemel schreiend. Ik vind het zo verschrikkelijk wat er in Oekraïne gebeurt. Daar past niet anders bij dan een mild open hart.'
Een touringcar vol
Tot deze week woonden in Zorgcentrum Warfheem in Warffum alleen tien mensen met een ggz-indicatie. Afgelopen maandag kwam een touringcar vol met Oekraïense vrouwen, hun kinderen en twee mannen voorrijden. GGZ Intentie Zorg had zich gemeld bij de gemeente Het Hogeland; de veertig vrije kamers in Warfheem waren wat de zorginstelling betreft beschikbaar voor de opvang van vluchtelingen.
Nog voordat de contracten getekend waren, arriveerde de bus.
Het dorp besloot direct in actie te komen, vertelt vrijwilliger Wouter Dijk: ‘Zonder dat er enige organisatie was. Het is gewoon ontstaan: dit is nodig, jij gaat zus en jij gaat zo.’ Tot nog toe loopt het, maar je springt in iets waarvan niemand weet hoe je het moet doen.’

Enorm veel spullen
Samen met GGZ Intentie Zorg is Dijk met een groep van zo’n tien vrijwilligers continu in de weer. Van Nederlandse les tot aan medische zorg; alles willen ze regelen. Het moet wel, geven ze aan, want de gemeente had het zo snel ook niet voor elkaar.
Samen met de dorpelingen komen ze een heel eind. Zo puilt het gebouw inmiddels uit van de gedoneerde spullen; van kleding en kinderspullen tot aan fietsen en zelfs tuintafels. 'We hebben een oproep gedaan via Facebook en je ziet een enorme hoeveelheid die enthousiast door mensen spontaan gebracht is binnen een dag.' Het is bittere noodzaak, want de Oekraïners kunnen niet bij hun geld, vertelt Dijk: ze kunnen nog geen tandenborstel zelf kopen.
Bekijk de video hier:
Warffummers zetten zich in voor Oekraïners: 'Het komt heel dichtbij'
Eeuwige dankbaarheid
Paulina Yefimenko is uit de Oekraïense stad Bila Tserkva gevlucht met haar man, zoon en kleindochter. Ze heeft haast geen woorden voor de dankbaarheid die ze voelt voor de Warffumers. Ze laat de magnetron zien die ze gekregen hebben voor op hun kamer, net als alle kleren en schoenen.
'Alles hebben we gekregen van deze goede mensen. We houden van hen, want we hebben niks. En nu hebben we alles. We voelen ons thuis in dit dorp.'

Stoere mannen breken
Locatiedirecteur Ronald Schuring, een stoere man met armen vol tatoeages, hoort het aan en breekt. Hij is de hele week in Warfheem in touw geweest. ‘Zoals die mensen die dan foto’s laten zien van hun gebouw dat kapot is. Dan zitten ze in een pan soep te roeren en krijgen ze weer een beeld binnen dat hun eigen huis kapot is en het familielid is overleden. Dan moet je kunnen praten met iemand, dus ga je translate-apparaatjes halen.’
Gedoe om het te regelen
Het is een lastige week geweest voor hem en de vrijwilligers, want de gemeente Het Hogeland heeft ook geen ervaring met zulke opvang. Het is onduidelijk wie wat doet en welke regels gelden.
Schuring: ‘Die mensen zitten hier nu veilig. Dan moet niet jan en allemaal over de vloer komen: ik heb deze functie en ik bepaal hier nu. Laten we er gewoon samen met alle instanties en het dorpje Warffum voor zorgen dat dit stabiel blijft.’

Tranen komen vanzelf
‘Ik ben met ze naar de kerk geweest,’ wil vrijwilliger Wouter Dijk vertellen, maar het lukt niet. De tranen overvallen hem. ‘Goddorie, ik moet me even herpakken hoor.’ Na een week rennen en vliegen, beseft hij ineens hoezeer het verdriet van de vluchtelingen hem raakt. ‘Dan komt het heel dichtbij en maak je mee en voel je ook die ellende. En dan heb je geen weg terug om te zeggen: ik doe niks meer.’

Uien
In de keuken van Warfheem staan Oekraïense vrouwen te koken. De meesten eten elke dag samen en ze koken om en om. Het ruikt er naar gebakken uien, geleverd door boer Bert Berghuis. Die komt over twee dagen weer met een nieuwe voorraad. ‘In een paar weken tijd zijn ze van normale wereldburger een vluchteling die het leven niet zeker is en van wie de familie in doodsangst leeft. Het is verschrikkelijk.’
