Verdachte van zware mishandeling die kind (2) in koffer stopte: ‘Stemmen gaven mij opdrachten'

De vrouw uit de Groningse wijk Vinkhuizen klopte op 3 september vorig jaar in de vroege ochtend bij haar buurman aan. Ze was zwaargewond aan haar gezicht en stamelde ‘A thief, a thief’. De handen van de vrouw waren geboeid. De buurman belde de politie.

Agenten zochten in de woning naar het zoontje dat volgens de moeder nog in bed moest liggen. Uiteindelijk vonden ze het 2-jarige kind in een koffer in de berging. Het kind droeg alleen een luier en had ernstig hoofdletsel. Het jongetje moest worden beademd en werd vanwege bloedingen in de hersenen met spoed geopereerd. Volgens artsen was het kind overleden als het niet op tijd was gevonden.

De vrouw herinnert zich maar flarden van wat er is gebeurd. Ze zegt dat ze op de avond van 2 september rond tien uur plotseling een onbekende man in haar keuken zag staan. Ze had net haar zoontje naar bed gebracht.

De vrouw werd verkracht, mishandeld en vastgebonden met tape. De man sloeg haar bewusteloos en toen ze weer bij bewustzijn kwam zag ze dat de indringer haar huissleutel pakte en naar de voordeur liep. Hij verliet de woning en draaide de deur achter zich op slot. Volgens het slachtoffer droeg de man op dat moment een broek van haar. Het lukte de vrouw om zich te bevrijden en de reservesleutel te pakken, waarna ze naar de buurman rende voor hulp. Tegen de agenten zei de vrouw dat ze niet wist hoe de man haar woning was binnengekomen, en dat ze de deur altijd op slot doet.

Agenten troffen de man op straat voor de woning aan. Dat was de verdachte, die vertelde dat hij daar een vriend bezocht. Zijn auto stond verderop. De agenten vertrouwden het niet en fouilleerden hem. Hij had een sleutel van de woning van de vrouw op zak.

De verdachte zei dat hij op weg naar zijn vriend een woning tegenkwam waarvan de deur openstond. ‘Stemmen gaven mij de opdracht naar binnen te gaan.’ Volgens hem was dat pas rond drie uur in de nacht. Hij herinnert zich verder weinig, ook niet dat hij een vrouw of een kind is tegengekomen.

De woning van het slachtoffer leek schoongemaakt. Op de huishoudhandschoenen zat dna van de man. Ook had hij op zijn kleding en schoenen bloedspetters van de vrouw en het kind. De vrouw droeg spermasporen van de man.

De agenten vonden in de woning van de man een Halloween-masker en handschoenen met dna-materiaal van beide slachtoffers. In een agenda stond de naam van de vrouw en haar adres. De man zegt niet te weten hoe die gegevens in zijn agenda zijn gekomen. Op zijn telefoon stonden filmpjes van het slachtoffer, terwijl ze wandelde met haar zoontje. Via de telefoon was ook naar porno gekeken, waarbij vrouwen bewusteloos leken te zijn. De man kende de filmpjes niet, zei hij tegen de rechter.

Hij vertelde dat hij door een auto-ongeval hersenletsel had opgelopen. Daardoor zou hij veel niet meer weten.

De vader van het kind maakte, ook namens de moeder, tijdens de rechtszaak gebruik van het spreekrecht. ‘We hebben veel vragen over wat met onze zoon is gebeurd. Hoe is hij zo gewond geraakt, wat heeft hij gezien? Hoe kwam hij in de koffer terecht? Wat ging er in zijn koppie om? U bent zelf vader, u moet weten hoe belangrijk het voor ons is om die antwoorden te krijgen, voor de juiste begeleiding van onze zoon. We willen graag met u in gesprek.’

De verdachte is onderzocht door een psychiater en een psycholoog. Volgens de deskundigen kampt de verdachte met schizofrenie en heeft hij een psychotische stoornis. De schizofrenie is zo bepalend dat een persoonlijkheids- of ontwikkelingsstoornis niet kon worden vastgesteld. De man verklaart telkens wat anders, waardoor ook de toerekenbaarheid niet kan worden bepaald. Beide deskundigen adviseerden tbs met dwangverpleging.

De rechtbank gaat 15 juni verder met de zaak. Dan komt de officier van justitie met een eis en voert de verdediging het woord.